zondag 20 december 2020

Sneltest-i-monial

Inmiddels worden de verwachtingen van wat we - in afwachting van de vaccins - met sneltesten aan vrijheid kunnen herwinnen nogal groot gemaakt. De  podcast van de Frankfurter Allgemeine slaagde er weer eens in hardop dezelfde vraag te stellen die bij mij ook  begon op te poppen: "Wat kan je nou eigenlijk wel en niet met die sneltests?" Voor het blije gevoel eerst maar eens beginnen met wat je er wél mee zou kunnen: je kan massaal ingezette sneltests gebruiken om de infectiedruk onder bevolking drastisch te reduceren. Naar schatting 30-40% van de infectieuze mensen zijn asymptomatisch; ze voelen zich min of meer kiplekker, maar zijn wel geïnfecteerd en besmettelijk. Deze mensen hebben normaal gesproken geen aanleiding om zich in een teststraat te laten testen, tenzij ze in contact zijn geweest met positief geteste medemensen. In Slowakije heeft men onlangs zo de gehele bevolking tussen 10 en 65 jaar 'vrijwillig' laten sneltesten als alternatief voor een nog verder aan te scherpen lock down. Een kleine 1% van de geteste mensen bleek besmet en kon met quarantaine geïsoleerd worden. De kosten per test zaten voor deze sneltest (20 minuten wachten) onder de 5 euro. Totale kosten: 50 miljoen euro; een bedrag dat volgens de Slowaakse overheid gelijk staat aan de helft van één dag volledige lock down. De resultaten (-60% infection rate in een week) zien er veel belovend uit al kan niet helemaal goed onderscheid gemaakt worden tussen het effect van het sneltesten zelf en de toch al behoorlijke ferme lock down maatregelen die daarnaast van kracht waren. Er is hierbij natuurlijk altijd veel te doen over de gevoeligheid van de gebruikte sneltest (en de kwaliteit van de monstername!). Dit is ook wel terecht, echter wiskundigen hebben of elegante wijze aangetoond dat voor deze toepassing de frequentie waar mee je de test uitvoert (dagelijks, ieder drie dagen, wekelijks, twee wekelijks), en de wachttijd op de uitslag (min of meer meteen, 1dag, 2 dagen) een grotere impact heeft op de mate waarin je de infectiedruk weet te reduceren dan de gevoeligheid van de sneltest. Wellicht is toepassing op scholen wel een geschikt idee omdat met name jonge mensen vaak asymptomatisch zijn. Tot zover het goede nieuws. Het idee dat je met een kort van te voren uitgevoerde negatieve sneltest een volle disco of festival zou kunnen betreden gaat dan echter weer niet op. Op individueel niveau blijft de kans op een valsnegatieve uitkomst van zeker een eenmalige uitgevoerde sneltests te hoog om contactbeperkende maatregelen al teveel te vieren. Als niet-getrainde mensen ook nog eens zelf wattenstaafmonsters mogen nemen, wordt de kans op valsnegatieve uitkomsten alleen maar groter, zo bleek ook uit het test in Liverpool (Hoewel er een Amerikaanse test is waarbij de monstername weer een stuk vaker goed lijkt te gaan). Voor de liefhebberts nog even een stukje over de gevoeligheid van testen. De test uit de teststraat is een langzame, best dure maar wel heel gevoelige PCR (polymerase chain reaction) test waarbij het erfelijk materiaal van het virus razend snel gekopieerd wordt, zodat je ook een heel klein beetje viri aan kunt tonen ook al voordat besmette mensen besmettelijk zijn. In de sneltests daarentegen worden stukjes eiwit van het virus aangetoond zonder dat deze in de test worden gekopieerd. Vandaar de lagere gevoeligheid die maakt dat een deel van de negatief geteste mensen al wel besmettelijk zijn of dat zeer binnenkort gaan worden.   


 

De grote innovaties van 2020 & leren van de natuur

In de podcast van Scientific American een verder  niet al te opwindende top 10 van de grote innovaties van 2020. Veel op het gebied van infectieziekten, maar toch ook een best onverwacht: innovatief cement. De wereldwijde productie van cement is naar schatting goed voor maar liefst 8% van de totale CO2 uitstoot. Innovaties waarbij het cement met andere ingrediënten wordt gemaakt of waarbij CO2 in het cement wordt vastgelegd, moeten hier verandering in brengen. Over cement gesproken dat er ontzettend  veel gebouwd wordt blijkt wel uit het feit dat er dit jaar voor het eerst meer door mensen geproduceerde massa dan biomassa op de planeet is. Goed getimed dus dat de collega's van Duurzaam IenW Jaco Appelman vroegen voor de eerste Toptalk [video in de link] over (bouw)oplossingen uit de natuur en dat de Innovation Expo 2021 veel aandacht heeft voor de toepassing van duurzamere alternatieve materialen zoals hout in de bouw- en infrasector.

Dranquilo als politiek en maatschappelijk haalbare terugvaloptie

Had hem al eens op TV zien langs komen; de nieuwe anti-drank-campagne Dranquilo. Toegegeven blijft goed hangen en is geinig, maar zoals we vorig jaar al op de Dag van het Gedrag van keynote-spreker Susan Michie geleerd hadden - helpen doet het met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid niet. Wat Susan toen uitlegde en wat dit weekend ook langskwam in NRC is dat interventies die wél helpen ingrijpen op gelegenheid en automatische motivatie, zeg maar prijsverhoging, minder reclame & sponsoring, minder verkooppunten en kortere openingstijden. Dit is politiek en maatschappelijk weinig populair en nu dat je de drank via internet kan bestellen wordt het ook praktisch een stuk lastiger. Volgens de in NRC aangehaalde gedragsdeskundigen hoeft het overigens niet helemaal hopeloos te zijn. Campagnes kunnen een groter draagvlak opleveren voor maatregelen die wél helpen. Dat vind ik een interessante gedachte waar ik nog eens verder over na ga denken; met een drankje dat dan weer wel.       

zondag 6 december 2020

Ex-ante evaluatie van de Stikstofwet door journalisten

Deze week ligt de Stikstofwet in de Kamer. Met een indrukwekkende artikel laat Investico in de Groene Amsterdammer zien en horen dat de Cie Remkes toch wel een goed idee had om juist piekbelasters gericht en indien nodig gedwongen uit te kopen. PBL had dit al eerder netjes berekent, maar dan natuurlijk zonder de pittige voorbeelden die Investico wel kan laten zien.  Het artikel verhaalt bijvoorbeeld over een kalkoenboer (lang leve de Kersgedachte) die in zijn eentje evenveel stikstof emitteert als de 100 km/uur-maatregel bespaard en over een varkensboer bij natuurgebied de Loonse en Drunense duinen die - naar verluid geholpen door zijn varkens - in drie dagen evenveel stikstof over het natuurgebied emitteert dan de upgrade van de nabije gelegen A59 in één heel jaar. Wat vooral knap aan het stuk is, is dat het methodologisch goed in elkaar zit. De beperkingen die nogal eens aan citizen science kleven - meten met niet gevalideerde meetmethoden of apparatuur - gaan hier namelijk niet op. De auteurs hebben opengestelde vergunninggegevens van de Provincies Noord-Brabant, Gelderland en Limburg gebruikt in combinatie met een ook door overheden gebruikt gevalideerd model (Aerius calculator). Ik kan in alle eerlijk niet pretenderen de landsdekkendheid van de conclusies te kunnen valideren, maar het laat wel zien dat de kennisbasis democratiseert. Dat is voor de direct betrokkenen kort voor een Kamerbehandeling natuurlijk niet echt relaxed, maar voor de samenleving en de waarheidsvinding een groot goed lijkt me zo. 

Top talks Duurzaam IenW van start!

Donderdag mocht ik eindelijk weer eens naar een kantoorlocatie. Niet naar IenW, maar naar een stukje van het het oude SoZa-kantoor omgedoopt tot The Hague Tech met daarin een opgebouwde studio voor de Duurzaam IenW Top Talks. Dit was de eerste uit een reeks van tot duurzaam innovatie aanzettende inspirerende presentaties. En deze eerste werd gegeven door Jaco Appelman (Universiteit Utrecht, Bio Inspired Innovation). Inspirerend was het! Is een soort van next level Building with Nature met groen gebouwen, polymere snelwegen, en moestuinen in de woestijn. Een ontzettend goede verteller die dan ook meteen uit de tijd liep, maar daarbij de 129 deelnemers zeker en vast wist te inspireren. Was voor mij de allereerste keer dat ik vanuit een luie oorfauteuil mocht presenteren. Alleen om die reden zeer voor herhaling vatbaar.


  

zondag 29 november 2020

Sociale innovatiemaand - week 3 /4

Daar morgen al weer de slotbijeenkomst is van innovember smokkel ik even wat activiteiten naar de virtuele week 3 en 4. Net als eind vorig jaar heb ik onze CO2-jaaruitstoot uitgerekend met de rekentool van Milieu Centraal. In 2019 kwam ik voor mij en mijn vrouw op 19 ton uit nu op 10 ton. De grote winst zat voor ruim 2 ton in de overstap van een middenklasser naar een klein hyperzuinig stadsautootje en voor de rest eigenlijk alleen maar in minder vliegen (en nog een klein beetje energie in huis). Slik, wereldwijd is vliegen goed voor 7% van de CO2 uitstoot maar bij mij is dat in een corona-vrij jaar al snel het vijfvoudige. Goed, net als vorig jaar zet ik mijn CO2 uistoot om in van die fijne CO2 compensatie houtskooloventjes voor in Afrika en nemen we ons plechtig voor niet meer ieder jaar intercontinentaal te vliegen. Maar toch, helemaal goed voelt het niet zoveel uitstoot. Hoewel ik me soms ook - moet ik ook toegeven - weer beet laat nemen door het Gekke Henkie effect. Dan bedenk hoe het hebben van een kind per ouder per jaar staat voor 58,6 ton CO2 uitstoot, daar kan ik meer intercontinentale vluchten voor maken dan mij lief is. De winnaar van de podcast van het jaar verkiezing zelfspod wijdt een hilarische aflevering aan kindschaamte versus Zweedse vriendin-schaamte. Het ontkurkend duo demonstreert mooi hoe snel morele verwijten gemaakt worden en hoe het woord 'hypocriet' de discussie binnen sluipt. (luister tussen 14 minuut 25 seconden en 39 minuut 45 seconden).     

Sociale innovatiemaand - week 2

Heb er zoals aangekondigd weer eens de pyschologiche barrieres of klimaatdraken van de Canadese psycholoog Robert Gifford bijgehaald en me een aantal keren hardop afgevraagd tegen welke barrieres ik nu persoonlijk op loop bij klimaatvriendelijk gedrag. In de figuren hieronder zie je ze alle 33 maar mijn persoonlijke top 3 is: 

1. Sociale vergelijking en vermeende ongelijkheid  ook wel het Gekke Henkie-effect genoemd. Mooi is het niet, maar ja er moet er één op 1 staan.  De Duitse filosoof Peter Sloterdijk vindt dat de vrije mens er naar moet streven een wezen zonder smoesjes te zijn. Dat multinationaals gewoon doorvervuilen doet daar niets aan af. Ik voel me wel aangesproken door Peter en houd mij bast aan de gedachte dat als iedere Nederlander een ton CO2 minder uitstoot we al 35% van de opgave van het Klimaatakkoord scoren. Dat moet lukken vooral dit jaar.   

2. Wereldbeelden. Mijn naar hedonisme neigende waardepatroon zit klimaatvriendelijk gedrag wat in de weg. 

3. Sociale newerken. Vegetarisch koken voor gasten of een niet-reizende leevnsstijl past eigenlijkniet in mijn sociale newerk.   

Heb de volledige presentatie met uitleg van de barrieres beschikbaar. Dus voor mensen die hun eigen draken willen bevechten. Laat het me weten! 














     

zondag 22 november 2020

Sociale Innovatie Maand - week 1

Eerder schreef ik over het boek Een beter milieu begint niet bij je zelf van Jaap Tielbeke. Rutger Bregman deed onlangs echter een tegen zet en stelt dat systeemkritiek zonder eigen actie als een linkse aflaat moet worden beschouwd. Ik vind dat Jaap meer gelijk heeft, maar Rutger heeft voldoende een punt om enig geknaag bij mij op te leveren. Vorig jaar hebben we het uitgebreid over de klimaatdraken - de psychologische barrières voor klimaatvriendelijk gedrag - gehad die zal ik deze maand zeker een aantal keren van stal halen.   Maar goed zoals jullie in mijn introductie gezien hebben is mijn uitdaging dus: "wat zijn de psychologische barrières voor consumentenactivisme als sociale innovatie?".

Wat heb ik zoal gedaan tot nu toe?: 

  • Ben overgestapt van zoekmachine. gebruik nu Ecosia (die uiteindelijk via Bing) werkt en heb met 45 zoekopdrachten eenmaal een boomaanplant bij elkaar gezocht;
  • Eindelijk na jaren apathie over gestapt van bank. Met mijn nieuwe ASN rekening (volgens de eerlijke bankwijzer de duurzaamste bank) bespaar ik voor iedere €1000 die ik een jaar op mijn rekening laat staan ruim 35 kg CO2 tov de gemiddelde NLbank. Belangrijker nog dat is goed voor 1681 kopjes koffie. Toegegeven populariserend omgezet in kentallen maar de onderliggende analyse is robuust (Ecofys). Mocht jezelf minder met CO2 hebben...er gaan geen exorbitante bonussen en miljoenensalarissen naar de ASN-top.  
  • Nu Lubach geeft uitgelegd dat we voorlopig niet van het gas af kunnen doe ik toch nog een poging om van energielabel F(antastich)  (was G van Geweldig) naar E (echt goed) te krijgen in een huis zonder spouwmuren. Vrijdag komt een aannemer langs om te bezien of  zoldervloerisolatie wat is voor ons. 
Volgende week?
  • Ondervonden barrières 
  • Milieucentraal CO2-voetafdrukbereking

De armzalige sociale biografie van de plastic tas - of hoe een archeoloog naar plastic kijkt

Van de week tijdens een ochtendwandeling naar een interessante podcast geluisterd van De Correspondent over plastic (vooral na 14 minuut 15 sec wordt het interessant). Heb natuurlijk technologen en vooral milieukundigen horen spreken over plastic, maar een archeoloog.....nee, die had ik nog niet eerder over plastic gehoord.  Terwijl de blik van een archeoloog toch zeker wat toevoegt, zo blijkt tijdens beluistering.  Zeker, dan gaat het over plastic over in de zich nu vormende bodemlagen, maar interessanter nog gaat het over de biografie van plastic, want sociale biografieën construeren bij objecten, dat doen archeologen ook. Als voorbeeld noemt de archeoloog de plastic tas. Ooit door een Zweeds-Amerikaanse uitvinder ontwikkeld als milieuvriendelijk alternatief (!) voor papieren tassen, maar nu toch het kristallisatiepunt van plastic-weerzin. Inmiddels is de gratis plastic tas in Nederland verboden en zien we naast heel veel bespaard plastic(zeker weten!)  ook rebound-effecten (papieren tassen, gratis afvalzakken als alternatief enz). Een Deens life-cycle assessment studie noemt de plastic tas de meest milieuvriendelijke oplossing omdat je een alternatief als de biologische-canvastas 20.000 keer moet gebruiken om hem milieuvriendelijker te laten zijn dan een plastic tas. Maar de archeoloog merkt op dat er in deze studie geen rekening is gehouden met de ellende van zwerfafval en dat brengt ons tot de sociale biografie van de plastic tas. Die is armzalig, in die zin dat die voor wegwerpen staat. Om die biografie op te pimpen moeten we de plastic tas personaliseren en elkaar cadeau doen. Ter illustratie -toevallig hoor! - mijn megadikke plastic tas die ik van mijn zwager uit Oeganda kreeg. Back in the old days ging die iedere dag mee naar kantoor als omhulsel van mijn lekkende halve liter koffiemok.


   


Sociale innovatie maand - introductie

Deze maand doe ik mee aan de sociale innovatie maand 'innovember'. De term sociale innovatie zingt natuurlijk al veel langer rond, maar zorgt nog steeds regelmatig voor begripsverwarring. Waar de één het bij sociale innovaties heeft over de sociale acceptatie van technische innovaties, heeft de ander het over  grass roots sociale initiatieven in de maatschappij. Hoe dan ook een prachtig initiatief van de collega's van DuMo dat bestaat een gezamenlijke start een gezamenlijke sluiting met daartussen seminars, workshops,  challenges en opdrachten. Teveel om op te noemen en eerlijk gezegd ook teveel om uit te voeren. Maar dat geeft helemaal niets, want er zit voor ieder wat wils in. En ook voor ieder wat niet-wils. Om met de laatste categorie te beginnen... .ik laat het maken van zelfpromofilmpjes en mood boards even voor wat het voor mij is, namelijk te ongemakkelijk en te maakbaar happy de peppy. En om met de eerste categorie verder te gaan ...ik richt mij op de inhoud en op de motiverende kracht van mijn eigenste wederzijdse buddy in dit traject collega Gerben Bootsma. Centraal staat voor mij de vraag wat zijn de psychologische barrières voor consumentenactivisme als sociale innovatie. En dit doe ik door een maand lang - voor mijn doen - enorm duurzame dingen te doen, op basis van zelfonderzoek te bemerken waar mijn persoonlijke barrières zitten (en waar niet), hier een dagboek over bij te houden en hier te pas en te onpas met mensen over praten en te bedenken hoe dat moet zonder de verdenking van misplaatste morele superioriteit over mijzelf af te roepen. Dat die misplaatst zou zijn is natuurlijk overduidelijk, maar vraag voor de grap is aan een vegetariër of een veganist hoe die op zijn - al dan niet op met geitenwollensokken omhulde - tenen  moet lopen om de carnivore medemensen zich niet aangevallen te laten voelen.  


     
 

zondag 15 november 2020

Mobiliteit als meetenheid voor corona-beleid: next level

Onlangs schreef ik over het hoe je aan de hand van mobiliteit of beter gezegd de Google Human Mobility Data Set in beeld kan brengen in hoeverre eigenstandige gedragsaanpassingen en door de overheid opgelegde aanpassingen daadwerkelijk doorwerken op onze mobiliteitspatronen en daarmee op de kans op besmet te raken. Deze week verscheen in Nature een artikel dat een flink stuk verder gaat door mobiliteitsdata vervolgens ook te combineren met een relatief eenvoudig epidemiologisch model. Ondanks resterende beperkingen - waarover later meer - ben ik flink onder de indruk van dit werk. Wat hebben ze gedaan? Ze hebben gedurende de eerste golf (1 maart -1 mei) locatiegegevens van de mobiele telefoons van een kleine 100 miljoen Amerikanen onderverdeeld in 57000 groepen wijkbewoners gekoppeld aan ruim een half miljoen locaties bestaande uit 20 locatietypen (restaurants, café, hotels, fitness centers, zelfbedieningsrestaurant, kerken, dokterpraktijken, apotheken, tankstations en een elftal winkeltypes waaronder supermarkten). Al met al zijn zo ruim 5 miljard datapunten geanalyseerd; over Big Data gesproken. Met stip op één als verspreidingsroute staan alle restaurants samen (op eenzame hoogte) , gevolgd door fitness centers, cafés, hotels en kerken. Als je kijkt naar extra besmettingen  per locatie dan 'winnen' individuele hotels het gevolgd door restaurants, café en fitness centers. Zoals gezegd nog wel wat beperkingen. Kinderen, gevangen en bejaarden zijn onder vertegenwoordigd en locatie types als kantoren en bibliotheken ontbreken. Maar hoe dan ook een zeer welkome aanvulling op contact tracing, dat zelfs in Duitsland - waar dat toch zeer grondig is aangepakt - ook op de beste tijden in minder dan 25% van de gevallen de herkomst van een corona-besmetting heeft weten te achterhalen. Dezelfde studie laat overigens ook goed de invloed van sociaal economisch status op besmettingskans zien. Ook laat de studie zien dat als je de bezetting in een restaurant op 20% maximaliseert je 80% minder besmettingen krijgt terwijl je maar 45% minder gasten hoeft te ontvangen op een avond (let wel er is dan geen sprake van een natafel-cultuur). Overigens zelfs met een 80% besmettingsreductie blijven restaurants gezamenlijk wel op 1 staan. In Amerika dan hé.            

zondag 1 november 2020

Onderhoud democratie - Verkiezingen in de USA

In aanloop naar de verkiezingen van dinsdag via een mooie podcast van de Groene Amsterdammer op het spoor van de Electorale Integriteit Index van Harvard en de Universiteit van Sydney terecht gekomen.  Deskundigen wordt daarbij gevraagd de kwaliteit van nationale verkiezingen te beoordelen op elf onderdelen: kieswetten; verkiezingsprocedures; districtsgrenzen; stemmersregistratie; partijregistratie; berichtgeving in de media; campagnefinanciering; stemproces; aantal stemmen; resultaten; en electorale autoriteiten. Deze onderdelen worden bij elkaar opgeteld en vervolgens uitgedrukt in een index van 0 (euh, pardon, Syrië scoort met 23 het laagst) tot 100 (volledig integer). Als we dan naar de USA kijken dan zien we dat de USA als geheel 61 (EIP rapport 2019) scoort met uitgesplitst naar staten Vermont 83 en Georgia 49 (EIP rapport 2018). Ter illustratie NL scoort 80 (EIP rapport 2019) een 7e plaats in een ranking met Denemarken op nummer 1 met 86 punten. Georgia scoort even hoog als Iran. Niet zo gek dus dat Rob Wijnberg Nederlandse media niet meer de USA te berichten als ware het een democratie. Maar voor dat we als Nederland aan koploperisme gaan doen eerst even kijken waar wij dan minder op scoren: berichtgeving in de media, campagnefinanciering en stemproces. Hier staat ons wat te doen dus. Maar goed dat er meer is aan democratie dan de verkiezingen die onderhoud behoeven, betoogt Marc Chavannes overtuigend dan weer overtuigend.      

Onderhoud democratie - BREXIT - the uncivil war

In dit tweede deel van het drieluik gaat het om de werkelijk geweldige documentaire Brexit - the uncivil war. De link bevat helaas alleen de trailer, maar probeer hem vooral nog even op te snorren op BBC first. Hij zal vast nog wel x-keer herhaald worden. Naast een mooi kijkje achter de schermen over hoe micro-tagetting via Facebook en twitter is ingezet, ook aandacht voor de kracht van een goede slogan. Na eerst uitgekomen te zijn op take control, krijgt de campagneleider een geniale ingeving en maakt er take back control van.  Zo wordt geappelleerd aan het eeuwigheidsdenken en wordt een link gelegd met een niet bestand verleden waarin het electoraat wél in controle was.  


Bron: Huffington Post UK


 

Onderhoud democratie - kwetsbaarheid en weerbaarheid

Tamar de Waal heeft een prachtig essay geschreven voor het Nationaal Comité 4 en 5 mei. In Tussen kwetsbaarheid en weerbaarheid, over het belang van burgerschap. Ik zou zeggen allemaal lezen; 91 van die mini-ipad pagina’s die kan je hebben. Omdat jullie het toch allemaal gaan lezen  zal ik er nu niet al te uitgebreid op ingaan. De Waal haalt daarover Renan aan, die al in 1882 nationale identiteit beschreef als 'bestaande uit een combinatie van collectief herinneren en collectief vergeten van onderdelen van de geschiedenis'. Treffend lijkt me. De Waal vat de kritiek op het moderne liberalisme kort samen; ‘het heeft te weinig oog heeft voor het belang van de gemeenschap voor politiek samenleven: individuen moeten ‘ingebed’ zijn om oordelen te kunnen vormen, zinvol te bevragen wat gerechtigd is en solidariteit te voelen. Burgers moeten voldoende geïnformeerd, gemotiveerd en maatschappelijk betrokken zijn opdat de democratie kan floreren. Als het bijvoorbeeld aankomt op financiële keuzes, klimaat of gezondheid, moeten burgers bereid zijn tot redelijkheid, samenwerking en matiging als dat nodig blijkt.’ Het is dus ‘ongewenst dat burgers zich vooral wentelen in hun individuele vrijheid, terwijl het niet meer vanzelfsprekend is dat zij burgerlijke verantwoordelijkheden op zich nemen.’ Daarnaast is De Waal onderbouwd kritisch over hoe Nederlanders met het burgerschap van immigranten omspringen: ‘een democratie een deel van haar geloofwaardigheid verliest als zij formeel stelt te zijn gebouwd op de kernwaarde van gelijkwaardig burgerschap voor iedereen met juridisch burgerschap, maar er vaak een sociale hiërarchie benadrukt wordt tussen burgers zonder en met een (verre) migratiegeschiedenis met andere culturele achtergrond.’ Lees vooral ook verder over prachtige termen als geboorteloterij, normatieve verlegenheid, participatie paradox en het zelfredzaamheidsverhaal. Allemaal prachtige woorden om weer wat opleving te brengen voor tijdens induttende digitale verjaardagsfeestjes. 

zondag 25 oktober 2020

Het corona-vaccin: de grote uitdaging voor de toepassing van gedragsinzichten

In het openhartige interview van Reint-Jan Renes waar ik in mijn vorige blog naar verwees, was hij enigszins deemoedig over de waarde van zijn  (en sinds enige tijd ook mijn ) eigen vakgebied, de gedragswetenschappen: "Het verklaren gaat eigenlijk nog een stuk beter dan het voorspellen en daarmee het sturen van gedrag". Dat is op zich nog niet zo gek. Bij sociale wetenschappen staat denk ik de gecontroleerde experimentele setting verder af van de echte wereld dan bij medische trials waarbij tijdsbeeld, cultuur en de sociale interactie tussen bestudeerde patiënten de uitkomsten niet in de weg zitten. Vandaar dat in de tweede golf de behandelprotocollen flink zijn verbeterd oa door de inzet van dexamethason. Vanuit de gedragswetenschappen zijn we  - zeg ik met enige voorzichtigheid - in verhouding nog niet zo heel veel opgeschoten. Zelfs op vuistregels als verliesaversie lijken we niet te kunnen bouwen in tijden van corona. Maar het goede nieuws is, er staat een nieuwe uitdaging te wachten en daar hebben we nog even de tijd voor: namelijk nu al bedenken hoe je zoveel mogelijk mensen beweegt zich straks in te laten enten tegen corona. Hier wordt nu gelukkig al goed over nagedacht, maar dat neemt niet weg dat het een goed idee lijkt ook al tot actie over te gaan en haast te maken met het gereed maken van een communicatiestrategie. In dit paper een aantal issues waaruit blijkt dat het geen gemakkelijke opgave zal zijn oa:
  • OK 81% van de Amerikaanse democraten zou een goedgekeurd en gratis vaccin nemen, maar daarentegen 53% van de Republikeinen zou een inenting weigeren (eind juli 2020);
  • Veel negatieve aandacht voor relatief weinig bijwerkingen in de media;  
  • Door de toediening van het vaccin eerst te richten op bepaalde groepen, denken andere groepen dat zij het dan wel niet nodig zouden  hebben; 
  • Combinatie van gering risico van corona voor kinderen met zorgen over veiligheid van een vaccin zal de weerstand van ouders doen toenemen. 
Volgens de auteurs is het zaak om (1) te weten te komen hoe inentingsbereidheid verschilt per doelgroep en verandert in de tijd; (2) een goed idee te krijgen van de mentale modellen die mensen hebben voor wat betreft hun eigen kans om met corona besmet te raken; (3) inzicht in aard van de angsten rond een vaccin.  

Eén van de mogelijke communicatie-aanpakken is een soort van vaccinatie tegen misinformatie: verdunde versies van misinformatie worden dan met bijbehorende tegenargumenten tegelijkertijd gecommuniceerd. Zou natuurlijk een mooie demonstratie van wetenschappelijke symmetrie zijn als dit inderdaad een probate aanpak blijkt te zijn.  

  


    

Mobiliteit als meeteenheid voor corona-beleid

Liefhebbers krijgen iedere week een mooi corona-update van Rudie de Bruin met daarin oa de verkeersintensiteit tov precorona. Op die manier kijken naar corona is zo'n gek idee nog niet. Politiek en pers gebruiken dit soort getallen dan ook om te bezien in hoeverre gehoor wordt gegeven aan de oproep om bijvoorbeeld meer thuis te werken. De mensen van Google weten zoals je weet als geen ander waar wij de hele dag zoal uithangen. In de Google Human Mobility Data Set worden die data  ontsloten en uitgesplitst naar reisbestemming (wonen, werken, supermarkten, ov-stations enz) en in het geval van Nederland ook naar provincies. Met dat meer thuiswerken lijkt het overigens niet mee te vallen. OV-locaties werden vorige week (rapportage 18 okt) dan weliswaar 43% minder bezocht dan pre-corona, maar werklocaties maar 9% minder. In een discussiepaper van Mendolia et al (oktober 2020) wordt op voor mij onnavolgbare wijze gegoocheld met google-data en inzichten over coronabesmettingen, mortaliteit en beleidsmaatregelen. De alles overkoepelende conclusie voor alle bestudeerde landen samen is dat tot maximaal 14% van de mobiliteitsreductie te verklaren valt uit vrijwillige gedragsaanpassingen die al vaak voor het inzetten van beleidsmaatregelen tot een afname in mobiliteit leiden. Door overheden opgelegde beperkingen gericht op social distancing verklaren samen 50% van de mobiliteitsreductie. Volgens de mensen van WC-eend (de auteurs) zit het met de robuustheid van hun resultaten wel snor. Ze concluderen dan ook met overtuiging dat we van vrijwillige gedragsaanpassingen die zichtbaar worden als mobiliteitsreductie niet teveel moeten verwachten en dat meer soelaas te verwachten valt van opgelegde ver- en geboden.      

Het gaten dicht: corona en de intention-behavior gap

Het indrukwekkende enquête-onderzoek van RIVM-corona gedragsunit laat zien dat het met het draagvlak van de Nederlander voor het coronabeleid en de intentie om zichzelf aan de corona-maatregelen te houden nog steeds wel snor zit. Die intentie omzetten in daadwerkelijk corona-proof gedrag....tja dat is een ander verhaal. En dat geldt eigenlijk voor ons allemaal. Illustratie: Met de intentie van onze premier zit het helemaal goed, maar als hij in de plenaire zaal van de Tweede Kamer zijn wegwerp-mondkapje bepotelt om h'm dicht te vouwen en in de binnenzak van zijn colbert steekt (voor een volgende keer?), zie ik hem daarna niet zijn handen stuk wassen of handgel gebruiken. Dit weekend werd dit door Marijn de Bruin nog eens mooi geduid in FD en al eerder had Reint-Jan Renes zich hier in een openhartig interview over uitgelaten. Will Tiemeijer van de WRR lijkt het hier ook mee eens te zijn en benadrukt in Adformatie: "De vraag is dus niet zozeer hoe draagvlak te vergroten voor de gedragsmaatregelen, maar hoe er voor te zorgen dat het reeds aanwezige draagvlak zich ook echt vertaalt in het gewenste gedrag." Het gat dichten dus en wat hem betreft is het dan ook zaak (oa) het goede gedrag makkelijk te maken, bijvoorbeeld door fysieke ingrepen (pijlen op de vloer, wandelroutes, handgel op het spreekgestoelte enz), maar zeker ook door bepaalde gedragingen verplicht te stellen, zodat mensen niet meer ter plekke hoeven na te denken of onderhandelen, en gewoontevorming wordt bevorderd. Dat makkelijk maken doen we door nudges te maken met de Engelse EAST-methode (easy, attractive, social (een ander doet het ook goed), timely). Daar kan je een hoop goeds mee doen, maar om een voorbeeld te noemen easy en attractive wordt lang wachten op test en testuitslag of thuisquarantaine natuurlijk niet ook als je zoals de NHS doet dagelijks opbeurende en social sms'jes achteraan stuurt. Nee zelfs één van de geestelijke co-ouders van de nudge Cass Sunstein stelt "But when nudges don’t do what needs to be done, and when people really are inflicting serious harm on others, freedom of choice has reached its limit".    

zondag 18 oktober 2020

Pinguïn Fred leest Onmacht

Op 29 oktober bespreekt Pinguïn Fred het boek Onmacht van Leike van Oss en Jaap van ’t Hek. Glashelder geformuleerd levert dit boek veel herkenning op en biedt het boek ook nog eens een taal die wel eens heel goed van pas zou kunnen komen bij het aanpakken van onmacht binnen organisaties. De auteurs definiëren onmacht als ons onvermogen om grip te krijgen op ons onvermogen. Die onmacht voel je weliswaar als individu, maar komt vaak voort uit een relationeel en/of systemisch patroon. Van Oss en van ’t Hek zien groeiend ongemak met neoliberalisme, postmodernisme en digitalisering als het begin van een transitie. Neoliberalisme en postmodernisme hebben bijgedragen aan de maatschappij zoals die nu is. De daarmee samenhangende problemen kennen we maar al te goed, maar desalniettemin worden die in de eerste hoofdstukken nog eens uitgebreid gefileerd. Daar ga ik nu even niet op in. Belangrijker voor nu:  ‘In heel veel organisaties is sprake van een transitiefase waarin robuuste patronen en manieren van organiseren botsen met nog fragiele nieuwe manieren van organiseren.’ ‘Het oude werkt nog maar half en het nieuwe is nog broos en beperkt doordacht en werkbaar. Dit leidt tot onmacht die zich niet laat oplossen op individueel of relationeel niveau, want de oorzaken ervan komen voort uit een complexe botsing op systeemniveau’. Wat je ziet is dat het levende adaptieve systeem van een organisatie botst met het ontworpen systeem. Deze uiteenzetting en dan bedoel ik natuurlijk met name die in het boek verklaren zaken als: (1) waarom het niet in de laatste plaats juist de overheid is die het remmende regime vormt in het model van de transitiecurves van Loorbach; (2) waarom we er niet in slagen een levensvatbaar instrumentarium voor de rechterkwadranten uit het NSOB-sturingsstijlenmodel te maken; en (3) waarom opgavegericht werken niet gaat werken als we denken dat de competenties van individuele medewerkers de beperkende factor vormen. Om iets van een prijsvraag-effect aan deze boekbespreking mee te geven: Aan welke Zembla-aflevering en wiens herfstvakantie doet jullie deze zin denken? : 'Verschuivingen in maatschappelijke opvattingen over rechtvaardigheid kunnen frictie opleveren in hoe je rechtvaardigheid in organisaties nastreeft. Zo kan bijvoorbeeld blijken dat wat we procedureel zuiver en juist deden, door veranderingen in de samenleving niet meer rechtvaardig vinden'




    

 

 

 

Een kleine 70 nieuwe veelbelovende collega's

Vrijdagmiddag hebben we als BIT IenW gedragsteam voor een kleine 70 RWS en IenW- bestuurskern trainees een drie uur durende gedragstraining gegeven. Aanvankelijk heette die Training Gedragsinzichten. Maar, nadat ik h'm per ongeluk een keer gedragstraining genoemd hadden en bleek dat dat bij sommige cursisten de associatie met een puppytraining opriep, ben ik bewust aan gaan sturen op het in stand houden van deze veel te mooie verwarring. De training begon trouwens ook al met grote verwarring aan mijn zijde, omdat er op vrijdagmiddag meer deelnemers digitaal op kwamen dagen dan zich hadden aangemeld. Ik wil maar zeggen: "De eerste punten voor de nieuwe collega's waren al bij aanvang gescoord". Nu viel het overigens niet mee om een drie uur durende webex-training spannend, afwisselend en tegelijkertijd zonder technische hick-ups te laten verlopen. Zo ging het dan ook niet helemaal, maar desalniettemin hebben we met speciale vermelding van Danielle Broeze, Ernst Haijtink, Jessica Vuijk en de minder hinder RWS-casus-inbrengers van de A12 toch een meer dan verdienstelijke training opgevoerd. Zo, echt wel! Mijn eigen bijdrage was bescheiden en bestond naast het gedeeltelijk technisch in de soep en uit de tijd laten lopen van een break-out sessie over een spitsmijdende woonwinkel, uit het inleiden en begeleiden van een discussie over de ethiek van nudgen. Dat we met een zeer getalenteerde groep nieuwe collega's te maken hebben blijkt wel uit het feit dat in de ranking van kritieken op nudgen, kritiek nummer 4 (zie figuur hieronder) met stip op één eindigde. Meer over ethiek van nudgen? Zie link één en twee.   




De prachtige rapporten van het College van Rijksadviseurs

Van de week op afstand een stukje RWS -Kraaiennestdag meegemaakt. Mooie lezing van Daan Zandbelt (College van Rijksadviseurs (CRa)). Had laatst al wel het CRa-rapport over voetgangers gelezen en pre-corona Panaroma Nederland in het Haagse Gemeentehuis bekeken, maar ik realiseerde mij al snel....ik moet meer van hun rapporten bekijken. Bekijken inderdaad, want het mooie van de ruimtedenkers van het CRa is dat je boodschap luid en duidelijk ziende binnenkrijgt. Lezen hoeft  nauwelijks. Zoals ook de plaatjes hieronder laten zien, schudt CRa op een sympathiek visuele manier aan de ingesleten status quo. Een deel-antwoord (zeker niet het hele!) op de vraag op dia 3 is overigens 'tweeverdieners'. De status quo heeft daar natuurlijk lang niet altijd zin in, maar voor mensen die niet opgeschud willen worden zijn er ook rapporten op nog niet ingesleten thema's. Wat dacht je bijvoorbeeld van het rapport Tijdelijke coronamaatregelen in de openbare ruimte? Leest al een winkelbrochure van kant-en klare oplossingen, alleen het winkelmandjes-icoon ontbreekt nog.








   

zondag 13 september 2020

Pinguïn Fred leest 'Een beter milieu begint niet bij jezelf'

Enige tijd geleden kwam ik een mooi citaat tegen van een aktivistiese SP 'er op leeftijd genaam Bernard Gerard. Zijn citaat? "Als je het lot van de wereld wilt verbeteren, moet je beginnen met het systeem en eindigen met jezelf". Bernard had geen betere samenvatting van het boek van Jaap Tielbeke kunnen geven. In goed onderbouwde pamflet-stijl legt Tielbeke eerst uit waarom een beter milieu niet bij jezelf begint, om vervolgens - zo sportief is hij dan ook wel weer - uit te leggen waar het dan wel begint. Eerst even waarom niet bij jezelf. in even zoveel hoofdstukken gaat hij in op vier mythen, die overigens niet allemaal rechtstreeks op de 'waar begint het' - vraag slaan. Ten eerste, de mythe van de schuldige mensheid. Bij jezelf beginnen gaat uit van de verborgen premisse dat we allemaal even schuldig zijn en dat is niet zo. De tien grootste vervuilers van Nederland stoten drie keer meer CO2 uit dan de gehele Nederlandse bevolking. en als Shell en de andere topvervuilers zeggen dat ze alleen maar vervuilen omdat de klant daarom vraagt dan bedient het zich van een gemakzuchtige en misleidende drogreden; zij creeren de vraag en zetten niet tot nauwelijks in op alternatieven. Ten tweede, de mythe van de groene consument. Zelfs het meest welwillende individu staat machteloos.  Ten derde, de mythe van de CO2-bril. We staren ons blind op de CO2 boekhouding met als gevolg dat een beter klimaat en schoon milieu als doelen uit het oog worden verlorenen. Zo zorgen boekhoudkundige truken voor CO2-compensatie er vaak voor dat zowel aan de CO2-uitstoot kant als aan de comepensatiekant schadelijke neveneffecten worden genegeerd. Ten vierde, we worden in slaap gesust met de comfortabele maar misleidende gedachte dat we ons met groen groei uit de klimaatcrisis zouden kunnen innoveren. Groene groei bestaat niet . Waar begint een beter milieu dan wel volgens Tielbeke wel (of zou moeten beginnen). Ten eerste, in de rechtzaal - groene juristen gebruiken het wetboek als breekijzer gericht op overheden en bedrijven (veelal oliemaatschappijen). Wanneer de politiek beleid voert dat burgerrechten in gevaar brengt kan de rechter daar tegen optreden. Ten tweede, bij  activisten. Klimaatactivisten durven vijanden te maken in hun strijd voor een fossielvrije samenleving. Extinction Rebelion is daarbij ook nog eens voor een gelote democratie. Of denk wellicht meer salonfähig aan activistische aandeelhouders. Het gaat er hier bij om om verschillende vormen van woede om te zetten in positieve verandering. En ten derde en tenslotte de politiek. Door met de Europese Green Deal of volgens Tielbeke liever nog de Amerikaanse New Green Deal klimaat te verbinden met verdelingsvraagstukken valt wellicht wél succes te halen. Maar goed de vraag blijft staan wat te doen met je eigen goede bedoelingen? Uiteindelijk moet je die maar gewoon blijven doen want zo ondersteun je je eigen geestelijke gezondheid. De campagne 'Iedereen doet wat' kan dus gewoon blijven bestaan, als we ondertussen maar inzetten op wat echt nodig, zou Tielbeke daar gelijk aan toevoegen denk ik dan. En voor de mensen die woede niet echt in hun gedragsrepertoire hebben blijft het ondertussen wachten op gelote verkiezingen of burgerpanels.  We bespreken dit boek op 30 september van 16.00-17.30 uur. 



 


Voor Karin Kooij: De mussen-index voor het meten van al dan niet welgemeende excuses

Deze blog schrijf ik ter ere van collega Karin Kooij die deze maand met pensioen gaat. Als organisator van het jaarlijkse VenW-congres en later bij de directie KIS slaagde zij er altijd in aandacht voor kunst een plekje in haar werk te geven.  Over de VenW-congressen merk ik - niet geheel terzijde - nog even op dat deze voor mij meer wij-gevoel creëerde dan menig missie- en visietraject daarvoor en daarna. Ik moest aan haar denken bij het lezen van een VN-artikel over de sorrycultuur van Big Tech bedrijven. De Hogeschool voor de Kunsten heeft namelijk samen met de stichting Set Up een sorry-taxonomie ontwikkeld waarin maximaal vijf dode mussen (heel slecht) of vijf levende mussen (perfect) zijn te verdienen voor gemaakte excuses. Dode mussen vallen een sorryzegger ten deel wanneer geen inzicht wordt gegeven in de gemaakte fouten of er geen blijk is van oprechtheid of het nemen van verantwoordelijkheid. Graag voeg ik daar zelf nog even een bonus dode mus aan toe voor excuses waarbij er geen excuses gemaakt wordt voor hetgeen gedaan of gezegd is, maar voor het effect of het lijden van de benadeelde (die daar dan zelf voor gekozen lijkt te hebben). Wat mij betreft voegt zo'n kunstzinnige insteek echt wat toe. Nu laat ik het aan jullie om wat met de taxonomie te gaan oefenen. Als oefenmateriaal draag ik de casus Grapperhaus aan. Voor mij verdiende hij levende mussen, maar ik laat me ook graag inspireren door jullie oordeel en argumentatie. Fotobron: www.setup.nl




   

maandag 7 september 2020

Gelezen: Tegen verkiezingen van David van Reybrouck

Het boekje "Tegen verkiezingen" heeft een kleine vier jaar in mijn boekenkast gelegen, maar heeft met de Tweede Kamer-verkiezingen in aantocht niets aan actualiteit ingeboet. Een goed verstaander had al bedacht dat Van Reybrouck tegen verkiezingen is. Hij is overigens  niet helemaal tegen verkiezingen, maar is voor een bi-representatief model, deels door stemming en deels door loting. Zo combineer je de deskundigheid van beroepspolitici en de vrijheid van burgers die niet herkozen hoeven te worden. En voor je nu denkt: "Had Van Reybrouck misschien een verkeerde paddenstoel in zijn bakjes met champignons zitten?", hij heeft dit grondig en overtuigend onderbouwd. Loting is ook niet zomaar een vorm van nieuwlichterij maar werd al bij de oude Grieken toegepast en in de stadstaat Venetie heeft loting zelfs vijf eeuwen uitstekend gewerkt voor dat Napoleon er een eind aan maakte. Er lijkt zich een vorm van electoraal fundamentalisme in ons gemeenschappelijk gedachtengoed genesteld te hebben aldus Van Reybrouck, als of er geen democratie denkbaar is zonder verkiezingen. Het doet mij inderdaad ook wat bevreemdend aan, dat in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens het HOE van democratie staat gedicteerd ('periodieke en eerlijke verkiezingen'). Van Reybrouck stelt dan ook dat we moeten waken voor de  dictatuur van verkiezingen; een situatie waarin regeringen met een steeds brozer en steeds vluchtiger mandaat moeten werken. Regeringen laten zich nu leiden door opiniepeilingen (en wellicht binnenkort weer referenda) waarin mensen aangeven wat ze denken als ze niet denken. Zou het niet zinniger zijn, zo stelt van Van Reybrouck de retorische vraag, als regeringen vernemen wat diezelfde mensen denken als ze hebben kunnen denken? En dat de politiek daar naar luistert. Zeer de moeite van het lezen en meer dan het experimenteren waard, omdat de laatste twintig jaar in binnen - en butenland al veel ervaring is opgedaan en de inzichten in wat wel en niet werkt ver zijn gevorderd. Juist voor issues waar gekozen politici zich niet aan willen branden uit angst voor electorale afstraffing (denk aan klimaat, vluchtelingen) is het nu echt tijd om in woorden van de Denker des Vaderlands Daan Roovers het stille midden aan het woord te laten. Juist als je niet overtuigd bent, hoop ik dat je wél nieuwsgierig bent geworden. Lezen dus! 



zondag 9 augustus 2020

Toch iets gevonden waarbij videovergaderen wellicht suboptimaal is....

Het moge inmiddels duidelijk zijn dat ik best wel bereid ben om ook nadelen van thuiswerken te zien, maar dat ik toch bovenal een fan ben. Maar goed mijn persoonlijke voorkeursmodus zou niet belangrijk moeten zijn, het gaat er vooral om dat je zoveel mogelijk verscheidenheid in voorkeuren weet te accommoderen. Vandaar ook mijn adagium om het voor alle overleggen mogelijk te maken op afstand deel te nemen. Zo basisuitspraak is namelijk randvoorwaardelijk om de radaren in beweging te krijgen die het hybride-vergaderen technisch maar vooral ook sociaal blijvend mogelijk maken. Dat gesteld hebben ben ik dan ook wars voor concept-lijstjes waarvoor fysieke bijeenkomsten mogen (maar daarmee als gevolg van sociale druk al snel de protocolaire uitwerking 'moeten' krijgen). Op die lijstjes staat dan bijvoorbeeld inwerken nieuwe medewerkers, brainstorms en sollicitatiegesprekken. Geef van alle echt overtuigend als je het mij vraagt, nu goed die eerste misschien een beetje. Maar goed nu komt mijn knieval. Van de week moest ik een afscheidsspeech houden voor een pensionerende Australische collega in Brisbane. Daarbij werd ik niet zozeer gehinderd door een enorm tijdverschil, maar wel door het bijpassende onderscheid in sociaal geaccepteerde vloeibare versnapering. Terwijl ik in de ochtend klaar zat met een halve liter overheerlijke bonenkoffie zag ik op mijn scherm feestvarken en een al licht jolige menigte met glazen wijn en flessen bier mijn scherm binnen hossen. Nou ja dat viel natuurlijk alleszins mee. Maar het is toch vrij mal om op deze manier iemand toe te spreken: technisch kan het maar om nou te zeggen dat je er echt bijhoort?! ….nee. Natuurlijk wel even AVG-proof gemaakt :-)

Franse poes ook oplossing voor mobiliteitsarmoede in Nederlandse krimpgebieden?

Rezo Pouce is een Frans mobiliteitsplatform (website &  app) waarmee gebruikers veilig liftend een gratis rit krijgen van en naar hun gekozen bestemmingen kunnen regelen.  Deelnemende gemeenten betalen een lidmaatschapsbijdrage aan de beheerder (NGO die zich toelegt op sociale innovatie) om toegang te krijgen tot de diensten van Rezo Pouce. Rezo Pouce en de gemeente werken vervolgens samen om liftstops aan te wijzen  en een 'mobiliteitskaart' op te stellen voor de gemeente (inclusief overige modaliteiten). Deelnemende bestuurders hebben een sticker op de voorruit en gebruikers een badge. Gebruikers doen het op de traditionele manier (ga gewoon wachten bij de liftstops) of boeken een rit via de app. Het hele systeem is voornamelijk gebaseerd op vertrouwen, maar als veiligheidsmaatregel moeten gebruikers een kopie van hun identiteitskaart tonen bij het registreren op de website of in hun gemeentehuis. Medio 2018 deden al 1500 gemeenten mee. Ik zeg: “Beregoed idee”. Alleen bij de start was een welwillende commerciele partij betrokken nu is de winst alleen uit te drukken in mobiliteit, CO2 reductie en gezelligheid. Dit moeten we toch naar Nederland willen kopiëren lijkt me. Alleen het bereik van ouderen lijkt nog wat achter te blijven: jong volwassenen zonder rijbewijs zijn de voornaamste gebruikers.  [met dank onze gepensioneerde correspondent op het platteland van La douce France]


    

Bubbelwater uit een apparaat

De eigenaren van ons oppashuis in Amerongen hebben een Sodastream staan, zo'n apparaat waarmee je zelf bubbelwater kan maken. Je hebt vast de reclames wel eens gezien. Tot voor kort kwam er in de reclame ook een enorme zak met lege flessen in beeld die je op milieuvriendelijke wijze uit zou sparen. Zelfs op tropische dagen heb ik dan toch een enorme aandrang om te bezien of die milieubewuste claim wel terecht is. En als je dan naar getallen op zoek gaat kom je al snel in de wereld van de Life Cycle Assessment (LCA) terecht. Ik heb ooit wel eens gekscherend gezegd dat ze na 30 jaar LCA-traditie nog steeds niet weten of je nu beter een pak of een fles melk kunt aanschaffen, maar daar doe ik de LCA-vakbroeders echt mee te kort. Het is een volwassen vakgebied geworden met zijn eigen protocollen, richtlijnen en standaarden. Nu claimt Sodastream op basis van een niet-openbaar, maar naar verluid van deskundigen, wel betrouwbare rapport van Carbon Trust 75%-80% minder klimaatimpact te hebben dan in de winkel gekochte cola in een PET-fles (helaas dus hier de vergelijking Sodastream siroop cola versus cola uit de winkel en dus geen bubbelwater). Onduidelijk is in hoeverre dat er statiegeld op die PET-flessen heeft gezeten. Waarschijnlijk niet want de vergelijking is op de Amerikaanse situatie gericht waar maar in tien staten sprake is van statiegeld. Helemaal hard kan ik daarom niet concluderen dat statiegeld PET-flessen in de winkel kopen een milieuvriendelijkere gedachte is maar het lijkt er wel op. Gelukkig heb ik wel wat wetenswaardigheden te delen. Het artikel Life cycle environmental impacts of carbonated soft drinks laat zien dat je vooral geen glazen flessen moet kopen, dat je in plaats daarvan de grootst mogelijke PET fles moet kopen, en dat productie van fles of blikje tot driekwart van de klimaatimpact veroorzaakt. Kortom statiegeld doet wonderen zoals dit Noorse onderzoek ook laat zien. De bijdrage van transport is met 7% zeer beperkt (al wordt die bijdrage relatief groter bij hergebruik van fles of blikje). Tot besluit twee nog  twee waterdingetjes: fijn dat er statiegeld op kleine PET-flessen komt. Zijn er ruim 1,5 keer zoveel als 1,5 liter flessen!   En als je het echt milieuvriendelijk wil doen drink dan kraanwater dan stoot je ruim 30 keer minder CO2 uit dan met bubbelwater en dat is dan nog zonder de bubbels zelf.      

zondag 2 augustus 2020

Ouwe lullen moeten weg


Kees Kraaijeveld, directeur van de Argumentenfabriek schreef vorige week een mooi opiniestuk in de Volkskrant. Hij bekritiseert de zeggingskracht van de oude Griekse en Romeinse wijsgeren voor het leven van vandaag de dag. En ik dacht: "Je hebt nog gelijk ook!". Inderdaad nogal bezopen dat er zo weinig voortgang lijkt te zijn dat we terug moeten grijpen op duizenden jaren geleden levende Romeinen en Grieken. Bij empirie-gedreven wetenschappen zoals de biologie, geneeskunde en natuur- en scheikunde hebben we dat al vijf eeuwen afgezworen, maar voor de studie van de wijsheid lijkt dat niet het geval. Toegegeven zegt Kraaijeveld naar binnen turen konden ze goed, maar het is mal dat we "suggesties aannemen van mannen die leefden in volstrekt onvergelijkbare tijden, culturen en maatschappelijke verhoudingen. Van mannen die, als het gaat om de fundering van hun mens- en wereldbeeld, een kennisniveau hadden dat slechts een fractie is van wat vandaag de dag een middelbare scholier al weet." Hij onderscheid drie verklaringen voor onze voorliefde voor deze antieke figuren: (1) beroep op de traditie: Als wijsheden oud zijn, dan zijn ze goed; (2) we kunnen rondstruinen door de oude teksten om te onderbouwen wat we toch al vonden ‘confirmatiebias’; (3)  het populaire idee dat er zoiets is als een ‘onveranderlijke menselijke natuur’. Graag voeg ik daar een vierde aan toe die Kraaijeveld wellicht uit sympathie voor zijn lezers heeft weggelaten: ....het is gewoon ook lekker belangrijk om het groot citatenboek aanhoudend wat potjes Latijn te brallen. Kortom tijd voor evidence-based wijsheid. Dat is precies wat de makers van de podcast On Wisdom van plan zijn. In het artikel gaat cohost Igor Grossman experimenteel aan de slag met het relatieve belang van rationaliteit en redelijkheid bij proefpersonen. Bij rationaliteit gaat het om de economische mens (ik onthoud mij vanwege de consequentheid even van de Latijnse variant) waarbij de keuzes zijn gemaximaliseerd naar eigen belang. Bij redelijkheid gaat het om de optimale tussen weg tussen het eigen belang en het belang van de ander. Redelijkheid komt al veel voor en is ook nog eens te primen. Wat Grossman betreft is de politiek in de neoliberale tijd teveel bezig met het mobiliseren van het electoraat via een op rationaliteit gerichte communicatiestrategie. Hij verlangt dan ook terug naar JFK in de trend van ‘vraag niet...., maar vraag jezelf wat jij kan doen’. Via een geheel andere route komt omgevingspsycholoog Linda Steg (virtueel of live te zien bij PBL’s Nacht van de Duurzaamheid op 7 september) tot het vergelijkbare inzichten dat het draagvlak voor redelijke klimaatmaatregelen veel groter is dan politici durven dromen.









Nog een keertje psychologische veiligheid


Al eerder schreef ik over het grote belang van psychologische veiligheid voor goed werkende teams en nu kon ik er vorige week zowaar een webtraining over volgen via het leerportaal. De docenten van &Samhoud wisten het aantrekkelijk op te dienen. Aan de hand van zeven karakteristieken is de psychologische veiligheid in jouw team in beeld te brengen. Hier komen ze: (1) Als je in dit team een fout maakt, wordt dat niet tegen je gebruikt; (2) In ons team is het mogelijk om problemen en moeilijke kwesties aan te kaarten; (3) Leden van ons team keuren anderen niet af omdat ze anders zijn of denken; (4) Het is veilig om een risico te nemen in ons team; (5) In ons team is het makkelijk om andere teamleden om hulp te vragen; (6) Niemand binnen ons team zou doelbewust iets doen wat mijn inspanningen ondermijnt; (7) Mijn unieke vaardigheden en talenten worden gewaardeerd en benut in dit team. Ook heel mooi....trainingen in feedback geven helpen niet omdat ze het sociaal ongemak van feedback geven niet kunnen wegnemen. Wat wel helpt is gericht feedback vragen op een moment dat je er voor open staat. Je vecht of vlucht respons is dan voldoende onderdrukt om te incasseren zonder te duiken....of om vanuit een reflex terug te slaan. Nou ja meestal dan.


Deelscooterissimo

Hoe zit het nu toch met de deelscootertjes? Zijn we straks in alle 40 (middel)grote steden blijvend met aso-geparkeerde scooters opgezadeld of wordt daar iets slims op bedacht? En euh dragen ze - de groene claims in ogenschouwnemend - eigenlijk wel bij aan de oplossing van de ‘fileproblematiek’ en aan de CO2-reductie? Om met die geparkeerde scooters te beginnen....dat lijkt niet mee te vallen. Toegegeven ik heb er dan ook een scherp irriterend oog voor, maar wat staan die dingen vaak toch lomp geparkeerd. Midden op de stoep of een uitrit afsluitend enz enz. Het lijkt wel of deze gebruikers nog nooit iemand in een rolstoel of met een blindegeleidestok hebben gezien. Het kost dan ook weinig moeite om op internet reacties van klagende mensen  te vinden, vaak vergezeld van foto’s waarvan de tranen je in de ogen schieten. Verhuurders proberen,  daartoe door gemeenten aangezet,  inmiddels wel het één en ander te ondernemen. Zo geeft Felyx aan foutparkeerders aan te spreken en boetes uit te delen. Een andere aanbieder Go-sharing waarschuwt in de app en geeft aan RTV-Noord aan de politie er bij te halen en veelplegers te blokkeren. Ook overwegen ze korting te geven op de verhuur van fout geparkeerde scooters. Dit in de hoop dat ze dan snel weer weg worden gereden door een andere gebruiker (lijkt mij een prikkel die wel eens verkeerd kan uitpakken). Ergens andere las ik dat Go-sharing de gebruiker bij het afmelden nu ook vraagt een foto te maken van hoe de scooter geparkeerd staat. Dat lijkt me best een slimme. Zeker als je ook anonieme klagers foto’s kan laten maken. Feit blijft natuurlijk dat het blokkeren van gebruikers tegen hun business model in druist, dus enige druk van gemeenten en boze burgers zal zeker nodig blijven. Maar dat met die fotos lijkt me een kansrijke oplossing. En ja, ze staan soms heel onhandig en vervuilen de openbare ruimte al doen auto’s dat laatste natuurlijk in veel sterkere mate is ons onlangs nog eens uitgelegd. Mooie illustratie:  aan het Scheveningen-Noorderstrand zijn vijf autoparkeervakken omgebouwd tot een scooterparkeervak waar naar verluid (van de verhuurder) nu 80 scooters in passen. Dan nu nog even de file en CO2-vraag; vormen deelscooters een deeloplossing van het probleem. Zeer waarschijnlijk niet! In de bachelorscriptie van Lars Kerst (EUR) wordt het nog eens haarfijn met onderzoek bevestigd. Deelscooters halen mensen uit het OV (of van de fiets) en niet uit de auto. Overheden en aanbieders zouden interventies moeten bedenken om van de deelscooter alsnog een oplossing te maken, anders blijven ze technologie-gedreven, geinig en tot consumptie aanzettend en maken ze hun maatschappelijke belofte niet waar. Morgen praat ik met de Gemeente Den Haag verder over hun ervaringen.



zondag 19 juli 2020

Kleding & duurzaamheid - Slecht nieuws maar ook hoopvolle berichten

Met een bureau zijn we vanuit BIT met de collega's van circulaire economie bezig met een gedragsaanpak kleding en dat blijkt een flinke opgave. Met de komst van fast fashion is kleding bij zo ongeveer een wegwerpartikel geworden. Er wordt 5 keer zoveel kleding verkocht als in 1980 (anno nu 68 kledingstukken per jaar) en een kledingstuk wordt gemiddeld 7 keer gedragen voor het wordt weggegooid, als het sowieso al niet bij de 20% van de onverkochte kleding hoorde. Verder zijn de productieketens dermate complex en onnavolgbaar dat er over het geheel genomen vrijwel geen transparantie is mbt arbeidscondities en milieuvervuiling. Tot overmaat van ramp geldt ook hier dat duurzaam denken voor consumenten niet als van zelf  tot duurzaam doen leidt. Lector Irene Maldini telde kleding in honderden kledingkasten  (inclusief bijkopen en afdanken) en vond dat de meeste kleding (tot wel 600 stuks) wordt aangetroffen bij vrouwen die houden van duurzame mode. Mannen op het platteland die niet van winkelen houden bleven steken op 70 kledingstukken. Maar gelukkig ook heel veel hoopgevends. Het boek  Fashionopolis van Dana Thomas staat er vol mee. Ze heeft vele duurzame pioniers geïnterviewd en heeft daarbij een onbedwingbare behoefte te beschrijven wat iedereen aan heeft :-). Haar boek laat vooral zien dat duurzame - of in ieder geval veel duurzamere - mode kan bestaan en dat er vol op bedrijven zijn die hier een levensvatbaar verdienmodel bij ontwikkeld hebben. Een onvolledige opsomming: verhuurbedrijven, good shoring (= gehele productieketen terug naar eigen land halen moderniseren, condities verbeteren en transparantie bieden), telen van indigo, recycling van stoffen (vb katoen en polyester), nieuwe stoffen (vb zijde uit gist), organisch katoen, certificering en rapportage (Environmental Profit en Loss Report) enz enz. Deze voorhoede laat vooral zien dat het mogelijk is en dat met een zich in de tijd ontwikkelende mengvorm van koplopers, consumentengedrag & activisme, milieubeweging en liefst Europese regelgeving verduurzaming zomaar flink zou kunnen versnellen. Voor nu….koop niets of  linnen. maar  geen kasjmier. Linnen groeit op slechte grond, doet het op regenwater en vrijwel zonder bestrijdingsmiddelen. Kasjmier wordt van Mongoolse geiten afgeborsteld en sinds ze in Mongolië weten dat je hier flink aan kan verdienen, vreet een steeds groter aantal geiten het grasland tot woestijn. De milieu-impact is zo'n 100 keer groter dan die van wol.   


                   

Bus als goedkope en flexibele redder in nood

Het toeval wil dat ik vorige week én een mooie podcast hoorde over de bus en dat er vervolgens ook nog eens een KiM-raport uitkwam over de potentie van de bus. Om met dat laatste te beginnen. Een hoog frequente en snelle busverbinding kan een alternatief zijn voor nieuw aan te leggen treinverbinding, lightrail of metroverbindingen. Al eerder schreef ik dat he taan de waardering voor zo'n bus niet hoeft te liggen. Heeft vast een minder geoliede lobby dan gerailde modaliteiten maar juist daarom misschien ok goed om standaard als alternatief in MKBA's mee te laten lopen. In Zuid-Amerikaanse steden ziet het er in ieder geval vaak prachtig uit en getuigd het ook van een nuchtere low-tech slimheid. In de podcast ging het over het boek Better buses,better cities van Steven Higashide. Eén van zijn punt is dat in de Verenigde Staten de bus een verschijningsvorm van transportapartheid is. Herkenning: Van mijn overwintering in Buffalo, NY (1993/1994) kan ik me nog goed herinneren vaak de enige verkleumde bleekscheet in de bus te zijn. Wat Steven betreft moet dit anders. Net als elders moeten trein en bus veel meer geïntegreerd worden in een goed werkend OV-systeem. De frequentie moet omhoog, bussen moeten voorrangsruimte krijgen en betaling via app of kaart moet veel meer mogelijk gemaakt worden. Nu kan je vaak alleen contant betalen. De beleidsreactie op corona gaat de toekomst van OV sterk bepalen, temeer omdat een terugkeer naar de auto op de loer ligt. Higashide geeft overigens aan dat er geen voorbeelden zijn van coronabesmetting in het OV. Uit Frans en Japans onderzoek zou blijken dat maskerplicht en goed schoonmaken bescherming biedt. Dat zou mooi zijn omdat afstand houden in het OV een dure grap is en de vervoerscapaciteit decimeert.


    












zondag 28 juni 2020

Post-corona thuiswerken en videovergaderen

Zoals al eerder geschreven zijn we bij BIT ontzettend in de weer met post-corona thuiswerken rondom de vraag "Hoe kun je het gewoontegedrag blijvend doorbreken en hoe kan je daarmee mensen er toe aanzetten om ook post-corona vaker thuis te werken?" Samen met DuMo en de Coalitie Anders reizen heb ik kort voor mijn vakantie opgetreden in een profi-studio om de resultaten van het onderzoek van BIT-collega's Koos Tamis en Sanne Kalshoven te presenteren. Terug te zien op [link]. Je moet je wel even aanmelden, maar je hoeft geen account te maken en doorspoelen mag. Er is veel over te zeggen, dus zelf maar even kijken. Het zou in ieder geval moeten beginnen met een duidelijke richtinggevende keuze door de werkgever. Daar van afgeleid is het zaak om het geheel arboproof op te zetten (en te vergoeden, bijvoorbeeld van de bespaarde reiskosten), op afdelingsniveau afspraken te maken, individuele verantwoordelijkheid te kweken, ruimte te bieden en dat allemaal samen met HRM en ICT. ICT heeft dan ook nog eens belangrijke rol bij het mogelijk maken van hybride vergaderingen. Dat soort dingen dus!








   

Gelezen: Het recht van de snelste - Hoe ons verkeer steeds asocialer werd

Toen ik dit prachtige boek van Thalia Verkade en Marco te Brömmelstroet las, vond ik het in eerste instantie weinig nieuws bevatten, maar toen bedacht ik me dat ik al flinke delen als voorpublicaties had gelezen in de Correspondent en beluisterd op de Correspondent-podcast. Niet zo gek dus, en mooi alles in dit boek nog eens gestructureerd  langs te zien komen. De luidklikkende boodschap van het boek is dat we in Nederland gewend zijn geraakt alles vanuit de auto te bezien. Kris Peeters parafraserend 'de verkeerstaal is meer dan een perspectief of een bril. De werkelijkheid wordt er door gevormd'.  De kracht van het boek is er in gelegen om dit keer op keer te demonstreren met een flinke reeks verschillende voorbeelden. Als lezer ga je je dan ook steeds meer beseffen van hoe bezopen dit eigenlijk is. Ik heb dan zelf weer net iets minder met kindvriendelijke inrichten van straten :-) waar Thalia en Marco als jonge ouders dan weer erg voor gaan, maar mijn favoriete voorbeelden komen voort uit de gekheid om een flink deel van de Nederlandse (publieke) ruimte te ontnutten als parkeerplaats. Er zijn in Nederland bijna evenveel parkeerplaatsen als mensen en dat betekent dat er voor iedere auto twee parkeerplaatsen zijn die voor het overgrote deel gratis gebruikt worden. Een prachtig voorbeeld - weliswaar niet uit het boek - is van de Amsterdamse mevrouw die een parkeervergunning wilde om een tuintje in te richten. Werd natuurlijk door een autominnende wethouder geweigerd, maar ik vond het een briljante gedachte. Waar is de publieke ruimte eigenlijk voor en waarom krijgt alleen een auto-eigenaar die voor een koopje? Ook tot denken aanzettend de kennisinfra rond verkeerskunde is zo super goed geregeld bij CROW dat niemand op het idee komt om van handreikingen gericht op optimale doorstroming af te wijken. En dit speelt natuurlijk ook zo voor de NMCA-berekeningen die zo goed geolied en ingeregeld zijn, dat niemand meer na lijkt te denken over de waarden die onder de motorkap verscholen liggen. Verder nog een mooie verwijzing  naar het goede loopwerk van onze collega Filip van As en naar bloglezer en dichterlijk voordrager Arie Bleijenberg. Een aanrader.