zondag 28 februari 2021

Pinguïn Fred leest Ladders tegen wolken

Dinsdag is de volgende bijeenkomst van Pinguïn Fred en deze keer bespreken we het innovatie-boek Ladders tegen wolken. Co-auteur en RWS collega Dirk-Jan de Brujin zal ook van de partij zijn. Het is zoals gezegd een innovatie-boek en gaat over de praktische stappen die je moet doorlopen systeeminnovatie tot een succesvol einde te brengen. Het bijzondere is, is dat de voorbeelden allemaal uit de praktijk van IenW komen, hetgeen voor IenW-lezers de grote plus van de herkenbaarheid biedt. Het gaat met name om innovaties uit de wereld van de smart mobility. Voor lezers buiten IenW kan ik me voorstellen dat dit wat verder van hun bed aanvoelt. En eerlijk is eerlijk zelf loop ik ook niet echt over van overtuiging waar het de maatschappelijke doelen en meerwaarde van een aantal van deze innovaties betreft. De meerwaarde voor de sector zie ik zeker, maar de noodzaak tot ingrijpen vanuit de overheid (zeg maar vraag 5 uit het Integraal Afwegingskader) is bij de voorbeelden voor mij op voorhand niet altijd evident. Daarbij maak ik overigens graag een uitzondering voor het voorbeeld MONO-zakelijk (niet bellen en appen achter het stuur van de bedrijfswagen/vrachtauto) al kan je je daar weer kniesorend afvragen of dit nu wel echt een systeeminnovatie betreft  Echter....het goede nieuws is, dit alles doet absoluut niets af aan de kwaliteit van het boek, want die is dik in orde. Het is echt indrukwekkend hoe de drie schrijvers, tegelijkertijd ook de kwartiermakers van de beschreven innovaties, de boel in beweging weten te krijgen en te houden. Zo heb ik - mijn eigen beperkingen onder ogen ziend - veel bewondering voor met name het doorzettingsvermogen van deze helden. Het stappen plan met daarin oa aandacht voor het bouwen van een value case (ipv business case), focus houden en het elegant buiten de deur houden van meekijkers (ipv meedoeners) smaakt dan ook naar meer. En het mooie is ook dat bij het lezen van de stappen mijn hoofd begint te ratelen bij oppoppende ideeën rond systeeminnovaties waarbij ikzelf  meer overtuigd raak van de maatschappelijke doelen en meerwaarde. Wat zou er bijvoorbeeld voor moois gebeuren als de auteurs hun kennis en ervaring zouden mogen/kunne/willen wijden aan de Voedelvisie 2050 (of check deze podcast).  Schitterend en Rocke'fella'-prijswinnend plan uit Wageningen, dat prachtig gebruik maakt van het model van de donuteconomie, veel partijen koppelt, maar desondanks (of misschien juist wel daarom) geholpen zou zijn met wat systematische systeeminnovatie. 



Verkiezingen: kwadrantgaten op links én rechts

Enige jaren geleden deed ik een cursus scenario's maken. Daar hoorde natuurlijk ook het construeren van de bekende assenkruisen bij. Als check moest je dan wel controleren of de vier resulterende kwadranten uit een assenkruis allemaal voorstelbare scenario's opleverden. Wanneer dat niet het geval bleek, moest je concludeerden dat de eerst zo subliem bedachte assen in de praktijk toch niet zoveel zeggingskracht hadden. 

Hier moest ik van de week aan terugdenken bij het invullen van het Kieskompas. Vier jaar geleden was ik al eens vol lof over het Kieskompas. Maar wat mij toen ook al op viel is dat er rechtsboven (progressief-rechts) en linksonder (conservatief-links) sprake is van grote kwadrantgaten. En dan is natuurlijk de vraag: "Deugen de assen niet, of zit er wel degelijk electoraat in die zwarte gaten, maar zijn er geen politieke partijen die hierbij aansluiten?". Bij dat laatste de disclaimer dat het Kieskompas lang niet alle nieuwe politieke partijen een plekje hebben gekregen in het assenstelsel; het zou dus kunnen dat één of meer van de nieuwe partijen de kwadrantgaten verkleinen.

Verder geldt dat D'66  nu precies op de as zit maar bij vorige verkiezingen iets meer in het progressief-rechtse kwadrant zat. Maar goed van een partij van het type  Groenrechts lijkt momenteel echt nog geen sprake. Ik hoef echter niet heel diep mijn vriendinkring in te duiken om klimaatoplossingen aangereikt te krijgen die je best Groenrechts zou kunnen noemen (vb "vliegen moet door fikse prijsverhogingen weer iets voor de happy few worden"). Kortom van enig electoraal potentieel lijkt sprake.

Over het kwadrant conservatief-links hoorde ik laatst een interessante podcast van de Groene  Amsterdammer. Een denkend deel van de Amerikaanse Republikeinse partij wil zich ontwikkelen in de richting van working class conservatism. Dat combineert een hoger minimumloon, grotere rol voor vakbonden en lokale werkgelegenheid met een conservatieve sociale agenda (aandacht voor religie, immigratie, strenge abortusregelgeving enz). Hun hoop daarbij is om zo ook voor de demografisch steeds relevantere latino-bevolking van Amerika  een aantrekkelijk alternatief te zijn. 

Maar goed hoe zit dat eigenlijk in Nederland? OK 50plus en PVV zitten een heel klein beetje in dit kwadrant maar veel kleiner wordt het kwadrantgat er niet van. Bij het beluisteren van een podcast van NRC komt het beeld naar voren dat er ook in Nederland flink wat stemmen in dit kwadrantgat zouden kunnen zitten. Zo blijkt-  aldus de podcastmakers - een  deel van de SP-stemmers hier eigenlijk best thuis te horen, maar dat het partijkader zich meer thuis voelt in het progressieve kwadrant. 

Tussenconclusie: de assen deugen!


  

  

 


  


dinsdag 16 februari 2021

Dromen van kantoor

Van de week voor de interdepartementaal samenwerkende BIT-teams een presentatie gehouden over post-corona hybride weken en er gelijk even een poll tegen aangegooid. Het ging daarbij om vragen als: "Welke voordelen van het thuiswerken, wil jij post-corona vasthouden?" , "Hoe uit zich dit praktisch voor jouw slimme evenwicht tussen thuis en op kantoor werken?" en "Waarvoor en voor welke activiteiten kom jij straks naar kantoor?". 

Dat leverde meteen een aantal opzienbarende resultaten op: 

  • Zo is er de neiging om nieuwe vaste thuiswerkdagen te gaan reserveren. 
  • Wordt spontaan de top 3 van de voordelen van thuiswerken opgehoest: geen reistijd en filestress, betere concentratie/hogere productiviteit en autonomie/zelf werktijd in kunnen delen. 
  • Vindt men vergaderingen een reden om op kantoor te komen (terwijl we videovergaderend  natuurlijk ontdekt hebben dat vergaderen nu juist wél op afstand kan).  
  • Zo nu en dan zijn er bedenkingen bij het idee hybride te moeten vergaderen.  
  • En tenslotte is er de verwachting dat sociale druk om naar kantoor te komen zeker gaat spelen. 

Laat ik eens op deze uitkomsten ingaan. Zo'n extra vaste thuiswerkdag geeft weliswaar een beschermende buffer in je agenda maar maakt je wel minder flexibel. Alternatief zou kunnen zijn zoals dat ook in Grip van Rick Pastoor geadviseerd wordt om bij je weekafsluiting wat weken naar voren in je agenda te kijken hoe die zich vult en op basis daarvan thuiswerkdagen in de resterende gaten te blokken. Ik zeg bewust hele dagen want als er sprake is van krapte op kantoor en/of een aanzienlijke reistijd is het vaak niet erg zinnig om voor een deel van de dag naar kantoor te komen. Als het vanuit de organisatie onwenselijk vindt dat collega's meer dan één vaste thuiswerkdag hebben, dan heb je klaarblijkelijk de mogelijkheden van hybride vergaderen nog onvoldoende benut.  

Enquêtes laten zien dat tot wel 70-80% van de kantoormedewerkers post-corona vaker thuis wil werken. Het is dus een goed idee om collega's expliciet te laten formuleren wat hun intrinsieke motivatie is om als het straks niet meer per se moet (de fase van de extrinsieke motivatie) toch thuis te werken. Het spontaan naar boven komen van de top 3 laat zien dat mensen hier eigenlijk best goed in zijn, al zijn er vast ook meer persoonlijke voordelen te benoemen.

Klassieke vergaderingen met stukken en weinig creatieve werkvormen vormen goed beschouwd geen reden om naar kantoor te komen. Dat moet eigenlijk net zo goed met videovergaderen kunnen of met hybride vergaderen. Voor de inrichting op kantoor betekent dit dat er videobelcellen zouden moeten komen waar mensen liefst staand  (lekker gezond en niet comfortabel genoeg om langdurig bezet te houden voor andere werkzaamheden) kunnen videovergaderen met mensen die elders werken. Dit moet haast wel een no-regret maatregel zijn daar de installatietijd vrijwel gelijk is aan de terugverdientijd :-). Voor overleggen waar meer dan 3-4 mensen op kantoor aan deel nemen wordt dit overigens al snel onwerkbaar - want veel videobelcellen nodig - individueel ingelogd mee te vergaderen . Dan is de optie om in een kleine of grote videovergaderzaal hybride te vergaderen met deelnemers elders een goede optie. 

Hybride vergaderen is wat onbekend, onwennig en geeft soms ook wat ongemak. Maar betekent dat dat iedereen maar naar kantoor moet komen ook als dit de optimale werk/privé balans en thuis/kantoor balans van collega's moet doorbreken? De bottom-line is toch dat een stukje opoffering en naaste-collegaliefde van elkaar gevraagd moet mogen worden. Daarnaast is er de natuurlijk de edele plicht om hybride vergaderen technisch en sociaal optimaal in te regelen en fysieke ontmoetingen ook echt mogelijk te maken. Waar over later meer.  

Sociale druk om naar kantoor te komen zal er zoals gezegd zeker zijn. Dit is niet per se aan leidinggevenden gekoppeld en kan op afdelings/directieniveau ook met een zelfidentiteit van importantie te maken hebben. Een empower to the people challenge aanpak kan hierbij wellicht helpen. Ik dacht bijvoorbeeld aan een 'ééndagsclub'; blijmoedigen die post-corona voor een experimentele periode van drie maanden afspreken alleen op hun teamdag (waarover later meer) dus zeg maar één dag per week naar kantoor te komen. Anderen kunnen zich verenigen als 'tientjeslid': deze mensen komen max 10 dagen per maand naar kantoor.  Zo creëer je een eigenzinnige tegencultuur van mensen die juist zelfidentiteit ontlenen aan een op een naar thuiswerken hellend evenwicht. Dit is als tegenhanger van collega's die zo snel mogelijk weer op het oude normaal willen zitten. 

Als de leidinggevende verantwoordelijk is voor de sociale druk dan is de kans groot dat je een ongefundeerd gevoel van control najaagt. Onderzoek heeft allang laten zien dat thuiswerken eerder positief dan negatief voor de productiviteit is. Hier ligt ook een duidelijke rol voor de organisatie. Een lassez faire houding van niet-sturen geeft onterecht het gevoel van vrijheid bieden, maar je creëert juist een onveilige situatie met ruimte voor sociale druk. Dit terwijl het uit medewerkersonderzoek na medewerkersonderzoek juist blijkt van belang te zijn om te sturen op reduceren werkdruk en stress. Het maximaal faciliteren van de optimale werkmix thuis/kantoor vormt  daarbij vanzelfsprekend een onderdeel van de strategie. 

Om voldoende samentijd te hebben zou iedere afdeling/directie in overleg met andere verdieping/vlek-gebruikers iedere maand één ma,di,wo,do en vrijdag kunnen selecteren waarop iedereen naar kantoor komt (vaste thuiswerkdagen gelden dan niet, vaste vrije dagen wel). Op die dagen hebben de collega's van die afdeling/directie voorrang op de werkplekken op de vlek. Bedenk met je afdeling/directie goed waar je deze samentijd voor wil gebruiken. Collega's zullen kunnen bij verschillende werkeenheden horen maar dit zou gemaximeerd moeten worden op twee voor wat betreft de vaste kantoordagen. 

Bij dit alles geldt - dat moet hier even benadrukt worden - iedere dag op kantoor willen werken is ook OK. Als thuis de muren op je afkomen het niet lukt je thuis te concentreren of als je thuis geen geschikte werkplek hebt, dan is veel kantoortijd nodig voor jouw welbevinden. Als de keuze voor kantoor maar niet voortkomt uit gedachteloos gewoontegedrag of de overtuiging dat het essentieel is om gezien te worden. 


    

   


 


zondag 7 februari 2021

Misverstanden over klimaatmaatregelen die jezelf uit kunt voeren

Onlangs hadden we bij het BIT-IenW gedragsteam een hele goede BIT bühne (dank Ernst!) met als spreker Heather Truelove over duurzaam gedrag. Dankzij webex hoefde ze niet te vliegen, dus het begon al goed met de duurzaamheid. Heather vertelde op echt hele boeiende wijze (beoordeling 8,9 n=53) aan de hand van 104 dia's ( sommige deelnemers zagen h'm na 40 minuten overigens wél vliegen). Hoe dan ook Heather liet zien dat de bereidheid om zelf klimaatvriendelijke maatregelen best groot is, maar dat mensen vaak geen goed idee hebben van wat nu echt zoden aan de dijk zet. Dat is niet zo gek als je beseft dat veel lijstjes op goedbedoelde websites en dito tijdschriften geen ranking aanbrengen en de lezer in overvloed en verwarring achterlaten. Het is dan ook best lastig als je in het Global Warning Survival Handbook moet kiezen uit 77 maatregelen als oa 'composteer je GFT met wormen', 'doe het licht uit als je de kamer verlaat' en 'vergroen je transport'. Heather heeft hier ook een fascinerend artikel over geschreven waarin ze de gepercipieerde gedragsmoeite & financiële moeite uitzet tegen de gepercipieerde milieu-impact & gespaard geld (zie figuur).  De burgers bakken er niet veel van en overwaarderen klein bier-maatregelen. Hier moest ik ook even aan denken bij een overigens erg leuke training over milieuvriendelijk thuiswerken in het kader van De Week van de Circulaire Economie. De trainers waren koddig en bewust over the top bezig door met mutsen, handschoenen en sjaal om les te geven vanuit hun onverwarmde thuiswerkplek. Maar goed in de chat en ook in de training kwam het hele survival handboek met ongeprioriteerde ideetjes weer langs, die vooral bedoeld lijken voor mensen die ze allemaal willen uitvoeren (hulde!). Maar goed tot die doelgroep behoor ik dus niet en dit deed me weer verlangen naar een complete CO2-calculator om niet alleen de makkelijke componenten als transport en verwarming onder de loep te nemen maar vooral ook zelf keuzes te kunnen maken rond de ontoegankelijke spullenboel en het eten. Voor dat laatste speciaal voor de vleeseters: als je besluit geen koe of lam te eten doe je CO2-o-logisch niet zo gek veel onder voor een vegetariër of veganist (zie figuur).  Ik denk dat we echt maar eens moeten gaan investeren in zo'n CO2-calculator. Wel één met oplaadbare batterijen natuurlijk.