zondag 24 januari 2021

Double dipping validatie: snelteststrategieën in afwachting van validatie

Toch wel  even schrikken bij het lezen van de NRC weekendkrant.  Die schade van schoolsluiting hakt er  wel erg in.  Naar ik begrepen heb wordt er ook in Nederland onderzoek gedaan naar de mogelijkheden goedkope sneltesten in te zetten om de scholen (deels) te kunnen openen. Van de week weer een prachtige podcast van FAZ Wissen beluisterd over de validatie van sneltesten. Dat er naast onbetrouwbare ook betrouwbare antigeen-sneltesten zijn was al duidelijk, echter de monsterafname door niet-specialisten is zogezegd echt wel een zorgpuntje. Nu hebben ze in Duitsland een grappig (zij het wat kleinschalig en nog niet ge-peer reviewed) validatie-onderzoek gedaan naar de invloed van zelf monsters nemen op de betrouwbaarheid van een  mits professioneel uitgevoerd, betrouwbare test. Van 146 mensen die met klachten naar een teststraat waren gekomen bleken er maar liefst 40 positief te scoren in de standaard PCR-test. De mensen die zich zo lieten testen, deden ook een sneltest waarbij ze op basis van een schriftelijke instructie zelf een monster namen in het ene neusgat, waarop getraind personeel een monster nam in- je raadt het al - het andere neusgat. Wat bleek niet alleen de sneltest deed het goed, ook de doe-het-zelvers deden nauwelijks voor de het getrainde personeel onder (zie figuur). De PCR-test is veel gevoeliger en kan ook besmettingen aantonen terwijl de drager nog niet besmettelijk is (zie eerder blog). Van de zeer besmettelijke dragers - die met een  hoge virus count - werden 28 van de 29 monsters daadwerkelijk positief gescoord door zowel de doe-het-zelvers als het getrainde personeel. Niet verkeerd. Los van de logistieke en organisatorische nachtmerrie die twee keer week testen op scholen door docenten op zou leveren, lijken sneltesten te kunnen helpen om ook niet-symptomatisch geinfecteerden en docenten op te sporen. Ondertussen wel mondkapjes blijven dragen en 1,5 meter afstand betrachten. Kortom flink wat gedoe dat desondanks zomaar positief uit een maatschappelijke kosten-batenanalyse zou kunnen rollen. Zeker nu de vaccinaties op zich laten wachten.



zondag 17 januari 2021

De invoeringstoets en leren van het buitenland: casus Omgevingswet

In de Kabinetsreactie op de toeslagenaffaire onder andere aandacht voor een invoeringstoets en voor alerte ambtenaren. Heb in deze blog een poging gedaan invulling te geven aan het tweede voornemen :-). Idee van die invoeringstoets is om in aanvulling op de uitvoerbaarheidstoets een jaar na invoering van nieuw beleid eens te kijken hoe het er mee gesteld is adhv vragen als: "Werkt dit inderdaad zoals we bedoeld hadden?" en vragen rond knelpunten, nieuwe inzichten en de kwaliteit van de uitvoering. Lijkt me een heel goed idee, al moet op de invoeringstoets nog wel even een uitvoerbaarheidstoets uitgevoerd worden. Laat ik voor nu even focussen op de Omgevingswet; iets minder spannend dan toeslagen omdat er ook bij negatieve resultaten van een invoeringstoets minder in het zicht springende slachtoffers zullen zijn.  Dat neemt niet weg dat er nog genoeg beren en andere natuurwaarden op de weg liggen.

In Binnenlands Bestuur en eerder in de Volkskrant stelt de Wageningse onderzoeker Fred Kistenkas dat - op basis van dramatisch ervaringen met een vergelijkbare mega-integrale wet in Nieuw Zeeland - de Omgevingswet een mislukt experiment gaat worden. Kistenkas heeft geïnspireerd door de Nieuw-Zeelandse ervaringen twee hoofdkritiekpunten. Ten eerste stelt hij dat zwakke waarden als biodiversiteit, lucht- of waterkwaliteit beter geholpen zijn met sectorale toetsing aan harde milieunormen, dan met integrale afweging. Ten tweede wijst hij er op dat de NOVI vraagt om meer rijks regie, terwijl de Omgevingswet bovenal de gemeente als primair bevoegd gezag neerzet, waarmee volgens Kistenkast de wet al achterhaald zou zijn voor die  in werking treedt.  N.a.v. zijn opiniestuk in de Volkskrant zijn Kamervragen gesteld die door de collega's goed onderbouwd  (en voor mij in ieder geval ook deels overtuigend) beantwoord zijn. Zo is Nieuw-Zeeland pas jaren na de invoering van de "Omgevinsgwet" (1991) nationaal geldende milieunormen gaan vaststellen, terwijl wij bijvoorbeeld al lang voor de inwerkingtreding van onze Omgevingswet Europa-breed geldende waterkwaliteitsnormen hebben die niet weggewogen kunnen worden. Maar goed helemaal gerust ben ik er ook niet op. 

Het is sowieso de verdienste van Kistenkas dat hij het Nieuw-Zeelandse evaluatierapport van de wet  bovenwater heeft gehaald. Er staan namelijk een aantal belangrijke knelpunten in die Lerend van het buitenland grotendeels al bij de uitvoeringstoets van de Omgevingswet geadresseerd kunnen worden, maar die een jaar na invoering (misschien een beetje kort overigens) zomaar nog steeds een grote rol zouden kunnen gaan spelen bij de aangekondigde invoeringstoets, o.a.: 

  • Onvoldoende duidelijkheid over hoe de wet uitgevoerd moet worden;
  • Variatie in toepassing tussen bevoegde gezagen en hoge administratieve lasten;
  • Onvoldoende nationale regie. De in de wet geregelde nationale bevoegdheden worden niet tot nauwelijks toegepast;
  • Onnodige rem op stedelijke ontwikkeling en woningbouw;
  • Onvoldoende aandacht voor pro-actieve strategische planning;
  • Gebrekkige naleving, monitoring en handhaving en te kleine boetes maken dat natuur en milieu onvoldoende beschermd worden; 
  • Te weinig beschikbare personele capaciteit en competenties zowel nationaal als lokaal;
  • Gekozen lokale bestuurders kunnen hun rol niet invullen door gebrek aan overzicht en  aan monitoringsdata;
  • en last but not least...status quo bias - een term die ik normaal alleen in de gedragologie tegenkom maar nu toch ook in de RO - hardnekkige voorkeur voor de bestaande situatie. De Nieuw-Zeelandse Omgevingswet slaagt er niet bestaand landgebruik anders in te richten ook als dit tot betere uitkomsten zou leiden. 
De meest in het oog springende aanbeveling van de Nieuw-Zeelandse evaluatiecommissie is daar de Omgevingswet  in te trekken en die te vervangen door een milieuwet en een RO-wet.  Nu al benieuwd naar de invoeringstoets. 






 

zondag 10 januari 2021

Infrastructuur voor de publieke ruimte

Niet alleen Joost de Vries maar ook in Vrij Nederland aandacht voor het gedachtegoed van Noreena Hertz, auteur van De eenzame eeuw. Haar boodschap "eenzaamheid is een manier om onze wereld te snappen". Westerse mensen met weinig vertrouwen in hun medemens zijn geneigd op rechts georiënteerde populisten te stemmen. Dit blijkt uit een analyse van de Amerikaanse verkiezingen van 2016 maar ook uit Nederlands onderzoek. Wie als burger eenzaam in de maatschappij staat, geeft Hertz aan, is gevoeliger voor xenofobie, wij-zij denken en complottheorieën, want hij/zij ziet de maatschappij als iets vijandigs. De oplossing zit wat Hertz betreft in het laten gebeuren van micro-ontmoetingen mede mogelijk gemaakt door een infrastructuur voor de publieke ruimte. Denk aan comfortabele bankjes, wandelvriendelijke omgeving, bibliotheken, jeugdhonken, enz. Maar de overheid zou ook ook op andere fronten moeten sturen zoals in Nieuw Zeeland waar eenzaamheid één van de indicatoren is voor de brede welvaart. Je kunt dan denken aan een robotbelasting voor bedrijven die kassières vervangen door zelfscankassa's, belasting op leegstaande winkelpanden zoals in België, belastingvoordeel voor kleine, lokale winkels, regulering sociale media enz. Als we dat niet doen, dan neemt de woede tegen het neoliberale systeem alleen maar toe zo verwacht Hertz en krijgen we nog meer hang naar populisme. Alles goed en wel als we maar geen koffiedames met karretjes en ingedampte koffie terugkrijgen op kantoor.   


  

Eenzaamheid en lekker alleen zijn als uiteinden van een hoefijzer

Al eerder in de coronatijd schreef ik over eenzaamheid als de discrepantie tussen de sociale relaties die iemand zou willen hebben en de sociale relaties die hij/zij heeft. In de Groene Amsterdammer stelt Joost de Vries in een mooi essay dat veel mensen op de vraag: "Wat zou jou gelukkig maken?" , "Minder", zouden antwoorden. Minder ruis, minder prikkels, minder mails/appjes, minder verplichtingen, minder mensen om ons heen om zo toe komen aan de kern van wat we willen doen en wie we willen zijn. En vanuit de gedachte 'ieder nadeel heeft zijn voordeel' voorziet de coronacrisis hier in hoge (misschien wel te hoge) mate in. Begrijp me niet verkeerd, ik verlang ook naar een vrijheid- verhogende vaccinatie, maar wat kan ik soms ook heerlijk genieten van al die overdenktijd die ik zomaar cadeau krijg in deze tijd. Joost de Vries eindigt zijn essay met een alinea met een paar prachtige zinnen die ik jullie graag voorleg "Zijn is gezien worden. De eenzame ziet zichzelf in al zijn isolatie, en wil die blik kwijtraken. De persoon die naar eenzaamheid verlangt wordt gezien door anderen in al zijn drukte, en wil alleen in stilte door zichzelf gezien worden". "....naadloos samenvallen met hun leven."  



zondag 3 januari 2021

Barack Obama en 'politics as the art of the possible'

Nou het is gelukt hoor!: 700 pagina's Obama-biografie gelezen. Een aanrader, want hij schrijft meeslepend, openhartig en leerzaam. Op 26 januari bespreekt boekenclub Pinguïn Fred het boek. Voor de mensen die niet kunnen wachten....gedragswetenschapper en MKBA-deskundige Cass Sunstein heeft een kleine, maar mooie bijrol in de biografie en treedt al donderdag op met een corona-lezing [6.00-17.00 uur. zie link voor uitnodiging]. Volgens Obama heeft Sunstein een hoge nerd-coëfficiënt en heeft hij met afstand het meest rommelig afgeladen bureau ever. Dat belooft wat. Even een klein aantal voorbeelden van inzichten en bijzonderheden (er is veel meer!):

  • Nederland staat niet in de index van het boek maar wordt toch drie keer genoemd: twee keer neutraal (Amsterdam als vertrekluchthaven van de underwear bomber, en als geallieerde in Uruzgan die afgelost moest worden) en één keer negatief (verkeerd uitpakkende harteloze Oude Testament-stijl gerechtigheid jegens Griekenland tijdens de eurocrisis). 
  • Morgen op 5 januari gaat Georgia weer naar de stembus voor twee vacante senator-posities. Als de democraten ze allebei winnen (het geen onwaarschijnlijk lijkt) wordt het 50-50 in de senaat. De 101e stem van de vicepresident Kamela Harris is dan doorslaggevend. Op de biografie afgaand schiet Biden daar erg weinig mee op. Zonder een supermajority van 60 stemmen in de senaat kan de tegenpartij ieder wetsvoorstel weg-filibusteren. Dat heeft Obama in ieder geval ontzettend in de weggezeten en hij noemt het filibusteren dan ook een institutionalized procedural mischiefMitch McConnell, de leider van de republikeinse senaatsfractie komt er - wat mij betreft terecht - vanaf als een in en in obstructieve en cynische machtspoliticus. Naast het filibusteren weigert hij ook de behandeling van wetsvoorstellen in de senaat en bedrijft daarmee een soort van politiek vandalisme.
  • Obama heeft veel kritiek gekregen over dat hij het Kyoto-akkoord niet geratificeerd heeft. Voor het aannemen van internationale verdragen is echter een 2/3 meerderheid in de senaat nodig. Het hierboven beschrevene maakt meteen duidelijk waarom dat er niet in zat.
  • Al eerder schreef ik dat het met de democratie in Amerika niet meevalt maar dat we als Nederland ook aan de slag moeten, bijvoorbeeld met een te ver gepolitiseerde Eerste Kamer.   
  • Van de 800 miljard groei- en herstelfonds voor de bankencrisis is 90 miljard uitgegeven aan de clean-energy moon shot. Zoals dat met innovatief geld gaat ging dat niet altijd goed. Zo is bijvoorbeeld een half miljard verloren gegaan met het faillissement van zonnepaneelproducent Solyndra. Wat Obama betreft hoort dit erbij, maar goed voor de republikeinen was het om te smullen.  
  • In Illinois waar hij in het staatsparlement zat werden nieuwe leden van de minderheidspartij paddenstoelen genoemd: "you're fed shit and kept in the dark" :-).

Mijn bewondering voor Obama is zeker overeind gebleven na het lezen van het boek. Vaclav Havel had hem al gezegd dat hoge verwachtingen van kiezers snel tot grote teleurstelling kunnen leiden. Daar is Obama ook zeker het slachtoffer van geworden. Maar als je dan het obstructieve karakter van de Amerikaanse politiek in ogenschouw neemt kan je alleen maar bewondering hebben voor wat hij wél bereikt heeft. Het boek leest dan ook als een oefening in maathouden, strategisch agenderen en politiek geduld.