zondag 25 oktober 2020

Het corona-vaccin: de grote uitdaging voor de toepassing van gedragsinzichten

In het openhartige interview van Reint-Jan Renes waar ik in mijn vorige blog naar verwees, was hij enigszins deemoedig over de waarde van zijn  (en sinds enige tijd ook mijn ) eigen vakgebied, de gedragswetenschappen: "Het verklaren gaat eigenlijk nog een stuk beter dan het voorspellen en daarmee het sturen van gedrag". Dat is op zich nog niet zo gek. Bij sociale wetenschappen staat denk ik de gecontroleerde experimentele setting verder af van de echte wereld dan bij medische trials waarbij tijdsbeeld, cultuur en de sociale interactie tussen bestudeerde patiënten de uitkomsten niet in de weg zitten. Vandaar dat in de tweede golf de behandelprotocollen flink zijn verbeterd oa door de inzet van dexamethason. Vanuit de gedragswetenschappen zijn we  - zeg ik met enige voorzichtigheid - in verhouding nog niet zo heel veel opgeschoten. Zelfs op vuistregels als verliesaversie lijken we niet te kunnen bouwen in tijden van corona. Maar het goede nieuws is, er staat een nieuwe uitdaging te wachten en daar hebben we nog even de tijd voor: namelijk nu al bedenken hoe je zoveel mogelijk mensen beweegt zich straks in te laten enten tegen corona. Hier wordt nu gelukkig al goed over nagedacht, maar dat neemt niet weg dat het een goed idee lijkt ook al tot actie over te gaan en haast te maken met het gereed maken van een communicatiestrategie. In dit paper een aantal issues waaruit blijkt dat het geen gemakkelijke opgave zal zijn oa:
  • OK 81% van de Amerikaanse democraten zou een goedgekeurd en gratis vaccin nemen, maar daarentegen 53% van de Republikeinen zou een inenting weigeren (eind juli 2020);
  • Veel negatieve aandacht voor relatief weinig bijwerkingen in de media;  
  • Door de toediening van het vaccin eerst te richten op bepaalde groepen, denken andere groepen dat zij het dan wel niet nodig zouden  hebben; 
  • Combinatie van gering risico van corona voor kinderen met zorgen over veiligheid van een vaccin zal de weerstand van ouders doen toenemen. 
Volgens de auteurs is het zaak om (1) te weten te komen hoe inentingsbereidheid verschilt per doelgroep en verandert in de tijd; (2) een goed idee te krijgen van de mentale modellen die mensen hebben voor wat betreft hun eigen kans om met corona besmet te raken; (3) inzicht in aard van de angsten rond een vaccin.  

Eén van de mogelijke communicatie-aanpakken is een soort van vaccinatie tegen misinformatie: verdunde versies van misinformatie worden dan met bijbehorende tegenargumenten tegelijkertijd gecommuniceerd. Zou natuurlijk een mooie demonstratie van wetenschappelijke symmetrie zijn als dit inderdaad een probate aanpak blijkt te zijn.  

  


    

Mobiliteit als meeteenheid voor corona-beleid

Liefhebbers krijgen iedere week een mooi corona-update van Rudie de Bruin met daarin oa de verkeersintensiteit tov precorona. Op die manier kijken naar corona is zo'n gek idee nog niet. Politiek en pers gebruiken dit soort getallen dan ook om te bezien in hoeverre gehoor wordt gegeven aan de oproep om bijvoorbeeld meer thuis te werken. De mensen van Google weten zoals je weet als geen ander waar wij de hele dag zoal uithangen. In de Google Human Mobility Data Set worden die data  ontsloten en uitgesplitst naar reisbestemming (wonen, werken, supermarkten, ov-stations enz) en in het geval van Nederland ook naar provincies. Met dat meer thuiswerken lijkt het overigens niet mee te vallen. OV-locaties werden vorige week (rapportage 18 okt) dan weliswaar 43% minder bezocht dan pre-corona, maar werklocaties maar 9% minder. In een discussiepaper van Mendolia et al (oktober 2020) wordt op voor mij onnavolgbare wijze gegoocheld met google-data en inzichten over coronabesmettingen, mortaliteit en beleidsmaatregelen. De alles overkoepelende conclusie voor alle bestudeerde landen samen is dat tot maximaal 14% van de mobiliteitsreductie te verklaren valt uit vrijwillige gedragsaanpassingen die al vaak voor het inzetten van beleidsmaatregelen tot een afname in mobiliteit leiden. Door overheden opgelegde beperkingen gericht op social distancing verklaren samen 50% van de mobiliteitsreductie. Volgens de mensen van WC-eend (de auteurs) zit het met de robuustheid van hun resultaten wel snor. Ze concluderen dan ook met overtuiging dat we van vrijwillige gedragsaanpassingen die zichtbaar worden als mobiliteitsreductie niet teveel moeten verwachten en dat meer soelaas te verwachten valt van opgelegde ver- en geboden.      

Het gaten dicht: corona en de intention-behavior gap

Het indrukwekkende enquête-onderzoek van RIVM-corona gedragsunit laat zien dat het met het draagvlak van de Nederlander voor het coronabeleid en de intentie om zichzelf aan de corona-maatregelen te houden nog steeds wel snor zit. Die intentie omzetten in daadwerkelijk corona-proof gedrag....tja dat is een ander verhaal. En dat geldt eigenlijk voor ons allemaal. Illustratie: Met de intentie van onze premier zit het helemaal goed, maar als hij in de plenaire zaal van de Tweede Kamer zijn wegwerp-mondkapje bepotelt om h'm dicht te vouwen en in de binnenzak van zijn colbert steekt (voor een volgende keer?), zie ik hem daarna niet zijn handen stuk wassen of handgel gebruiken. Dit weekend werd dit door Marijn de Bruin nog eens mooi geduid in FD en al eerder had Reint-Jan Renes zich hier in een openhartig interview over uitgelaten. Will Tiemeijer van de WRR lijkt het hier ook mee eens te zijn en benadrukt in Adformatie: "De vraag is dus niet zozeer hoe draagvlak te vergroten voor de gedragsmaatregelen, maar hoe er voor te zorgen dat het reeds aanwezige draagvlak zich ook echt vertaalt in het gewenste gedrag." Het gat dichten dus en wat hem betreft is het dan ook zaak (oa) het goede gedrag makkelijk te maken, bijvoorbeeld door fysieke ingrepen (pijlen op de vloer, wandelroutes, handgel op het spreekgestoelte enz), maar zeker ook door bepaalde gedragingen verplicht te stellen, zodat mensen niet meer ter plekke hoeven na te denken of onderhandelen, en gewoontevorming wordt bevorderd. Dat makkelijk maken doen we door nudges te maken met de Engelse EAST-methode (easy, attractive, social (een ander doet het ook goed), timely). Daar kan je een hoop goeds mee doen, maar om een voorbeeld te noemen easy en attractive wordt lang wachten op test en testuitslag of thuisquarantaine natuurlijk niet ook als je zoals de NHS doet dagelijks opbeurende en social sms'jes achteraan stuurt. Nee zelfs één van de geestelijke co-ouders van de nudge Cass Sunstein stelt "But when nudges don’t do what needs to be done, and when people really are inflicting serious harm on others, freedom of choice has reached its limit".    

zondag 18 oktober 2020

Pinguïn Fred leest Onmacht

Op 29 oktober bespreekt Pinguïn Fred het boek Onmacht van Leike van Oss en Jaap van ’t Hek. Glashelder geformuleerd levert dit boek veel herkenning op en biedt het boek ook nog eens een taal die wel eens heel goed van pas zou kunnen komen bij het aanpakken van onmacht binnen organisaties. De auteurs definiëren onmacht als ons onvermogen om grip te krijgen op ons onvermogen. Die onmacht voel je weliswaar als individu, maar komt vaak voort uit een relationeel en/of systemisch patroon. Van Oss en van ’t Hek zien groeiend ongemak met neoliberalisme, postmodernisme en digitalisering als het begin van een transitie. Neoliberalisme en postmodernisme hebben bijgedragen aan de maatschappij zoals die nu is. De daarmee samenhangende problemen kennen we maar al te goed, maar desalniettemin worden die in de eerste hoofdstukken nog eens uitgebreid gefileerd. Daar ga ik nu even niet op in. Belangrijker voor nu:  ‘In heel veel organisaties is sprake van een transitiefase waarin robuuste patronen en manieren van organiseren botsen met nog fragiele nieuwe manieren van organiseren.’ ‘Het oude werkt nog maar half en het nieuwe is nog broos en beperkt doordacht en werkbaar. Dit leidt tot onmacht die zich niet laat oplossen op individueel of relationeel niveau, want de oorzaken ervan komen voort uit een complexe botsing op systeemniveau’. Wat je ziet is dat het levende adaptieve systeem van een organisatie botst met het ontworpen systeem. Deze uiteenzetting en dan bedoel ik natuurlijk met name die in het boek verklaren zaken als: (1) waarom het niet in de laatste plaats juist de overheid is die het remmende regime vormt in het model van de transitiecurves van Loorbach; (2) waarom we er niet in slagen een levensvatbaar instrumentarium voor de rechterkwadranten uit het NSOB-sturingsstijlenmodel te maken; en (3) waarom opgavegericht werken niet gaat werken als we denken dat de competenties van individuele medewerkers de beperkende factor vormen. Om iets van een prijsvraag-effect aan deze boekbespreking mee te geven: Aan welke Zembla-aflevering en wiens herfstvakantie doet jullie deze zin denken? : 'Verschuivingen in maatschappelijke opvattingen over rechtvaardigheid kunnen frictie opleveren in hoe je rechtvaardigheid in organisaties nastreeft. Zo kan bijvoorbeeld blijken dat wat we procedureel zuiver en juist deden, door veranderingen in de samenleving niet meer rechtvaardig vinden'




    

 

 

 

Een kleine 70 nieuwe veelbelovende collega's

Vrijdagmiddag hebben we als BIT IenW gedragsteam voor een kleine 70 RWS en IenW- bestuurskern trainees een drie uur durende gedragstraining gegeven. Aanvankelijk heette die Training Gedragsinzichten. Maar, nadat ik h'm per ongeluk een keer gedragstraining genoemd hadden en bleek dat dat bij sommige cursisten de associatie met een puppytraining opriep, ben ik bewust aan gaan sturen op het in stand houden van deze veel te mooie verwarring. De training begon trouwens ook al met grote verwarring aan mijn zijde, omdat er op vrijdagmiddag meer deelnemers digitaal op kwamen dagen dan zich hadden aangemeld. Ik wil maar zeggen: "De eerste punten voor de nieuwe collega's waren al bij aanvang gescoord". Nu viel het overigens niet mee om een drie uur durende webex-training spannend, afwisselend en tegelijkertijd zonder technische hick-ups te laten verlopen. Zo ging het dan ook niet helemaal, maar desalniettemin hebben we met speciale vermelding van Danielle Broeze, Ernst Haijtink, Jessica Vuijk en de minder hinder RWS-casus-inbrengers van de A12 toch een meer dan verdienstelijke training opgevoerd. Zo, echt wel! Mijn eigen bijdrage was bescheiden en bestond naast het gedeeltelijk technisch in de soep en uit de tijd laten lopen van een break-out sessie over een spitsmijdende woonwinkel, uit het inleiden en begeleiden van een discussie over de ethiek van nudgen. Dat we met een zeer getalenteerde groep nieuwe collega's te maken hebben blijkt wel uit het feit dat in de ranking van kritieken op nudgen, kritiek nummer 4 (zie figuur hieronder) met stip op één eindigde. Meer over ethiek van nudgen? Zie link één en twee.   




De prachtige rapporten van het College van Rijksadviseurs

Van de week op afstand een stukje RWS -Kraaiennestdag meegemaakt. Mooie lezing van Daan Zandbelt (College van Rijksadviseurs (CRa)). Had laatst al wel het CRa-rapport over voetgangers gelezen en pre-corona Panaroma Nederland in het Haagse Gemeentehuis bekeken, maar ik realiseerde mij al snel....ik moet meer van hun rapporten bekijken. Bekijken inderdaad, want het mooie van de ruimtedenkers van het CRa is dat je boodschap luid en duidelijk ziende binnenkrijgt. Lezen hoeft  nauwelijks. Zoals ook de plaatjes hieronder laten zien, schudt CRa op een sympathiek visuele manier aan de ingesleten status quo. Een deel-antwoord (zeker niet het hele!) op de vraag op dia 3 is overigens 'tweeverdieners'. De status quo heeft daar natuurlijk lang niet altijd zin in, maar voor mensen die niet opgeschud willen worden zijn er ook rapporten op nog niet ingesleten thema's. Wat dacht je bijvoorbeeld van het rapport Tijdelijke coronamaatregelen in de openbare ruimte? Leest al een winkelbrochure van kant-en klare oplossingen, alleen het winkelmandjes-icoon ontbreekt nog.