maandag 24 februari 2020

Gezien: Ben Tiggelaar stelt al het videomateriaal van MBA in één dag beschikbaar

Gissend lijkt een combinatie van in ieder geval toch didactische kwaliteiten en zakelijke instinct er voor gezorgd heeft dat Ben Tiggelaar jaren achtereen de Jaarbeurs wist te vullen met luisteraars die best 1000 euro wilde betalen voor de belofte van MBA in één dag. Nu hij er mee gestopt is het, wederom gissend,  een combinatie van sportiviteit en legacy building die hem heeft doen besluiten al het videomateriaal vrijelijk beschikbaar te stellen op internet. Heel veel interessant materiaal rondom leiderschap, persoonlijke effectiviteit, strategie omgaan met weerstand enzovoort. Fijn om vooral zelf even rond te kijken, maar één korte video met een focus-advies van Warren Buffet wil ik jullie niet onthouden.

zondag 23 februari 2020

Herlezen en besproken: Met kennis van gedrag beleid maken

Deze week kennis gemaakt met Will Tiemeijer (WRR) één van de auteurs van Met kennis van gedrag beleid maken (2014). Was goed om ter voorbereiding van het gesprek dit rapport er weer eens bij te pakken. Niet in de laatste plaats omdat het ook een grote inspirerende kracht is geweest voor BIN-NL het samenwerkingsverband van BITs binnen het Rijk. Zowel het rapport als de co-auteur benadrukken het belang van een gedragswetenschappelijk perspectief van beleidsvraagstukken. Een belang dat veel verder gaat dan het het ontwerpen van opzichzelfstaande gedragsmaatregelen als nudges. Het grootste belang is misschien wel gelegen in het bij het begin van nieuw beleid leren kennen van de gedragsmotieven van de beleidsobjecten (burgers, consumenten, bedrijven) en daarbij open te staan voor contra-intuïtieve inzichten (zoals dat attitudebeinvloeding of informeren vaak niet gaan werken). Dat  samen met het in het rapport benadrukte belang van experimenteren maakt dat het inzetten van gedragskennis aan de voorkant van beleid tot een effectievere inzet van beleidsinstrumenten kan leiden. Dit alles heeft afkomstig uit mijn toetsenbord natuurlijk een hoog WC-eendgehalte. Maar goed dan toch met mijzelf als doelgroep van het rapport in gedachte, leidt dit herlezen tot een herwaardering van die BIT-opdrachten die niet tot geïmplementeerde gedragsmaatregelen, maar wel tot een effectievere inzet van andere beleidsinstrumenten leiden. Sinds kort is Will Tiemeijer overigens ook hoogleraar aan de EUR waar hij zich onder andere verdiept in onbehagen & onzekerheid en in nationale identiteit.






Scharrelvarkens prijzen scharrelvarken aan

Zaterdagavond heb ik in Kopenhagen bij vrienden een heerlijk bereid stuk varken gegeten. Ontzettend scharrel- en bioverantwoord en juist om de consument daar van te doordringen werden live vrolijk in vers stro rondbanjerende varkens op een TV boven het vleesaquarium getoond. Zou dit dan kunnen bijdragen aan het in eerdere blogs genoemde gat tussen attitude en gedrag? Het zou zomaar kunnen. Speculerend zou je kunnen bedenken dat dit veel meer in the face is dan een keurmerk-embleem op een verpakking. In Het grote gevecht werd ook al wat gepreludeerd op QR-codes op thee zakjes die - met blockchain technologie mogelijk gemaakt - tonen welke wél eerlijk betaalde theeplukkers - jouw theeblaadjes geplukt hebben. Daar zit dan weer een extra stap in waarvoor zo maar geen tijd is binnen de 7 seconde die we nodig hebben om een product van een schap te selecteren. Ondertussen zou varken-tv ook nog negatief op de verkoop uit kunnen pakken, omdat de vertaalslag van een optisch vrolijk banjerend varken naar een onder cellofaan verpakte soortgenoot  -zelfs voor de minder gevoeligen onder ons - nogal in the face binnenkomt.









zondag 16 februari 2020

Loorbach vraagt zich af: "Kan IenW het eigen regime loslaten?"

Heb nu toch maar gekozen voor deze titel, maar de alternatieve titel 'Loorbach wast IenW de oren' had de lading misschien wat beter gedekt. Bij de slotbijeenkomst van de casuslabs Samenwerking aan transities mocht ik als dagvoorzitter optreden en Derk Loorbach (EUR)'s minicollege aankondigen  In een sneak preview of noem het spoiler alert liet Loorbach zien dat - afgaand op de X-curve - er in drie jaar tijd eigenlijk geen voortgang is bereikt op de transitie naar slimme & groene mobiliteit. Ook wel met enige mildheid, maar zonder zelfcensuur bracht hij de volgende punten  naar voren (in mijn eigen woorden):
  • De rijksoverheid - en dan vooral beleid - zit volgens hem toch echt als behoudende kracht aan de bovenkant van de afbraakcurve. De neiging bestaat business as usual transitie te noemen maar daar mee wordt het nog geen transitie, aldus Loorbach;  
  • Als je je zoals Nederland committeert aan ambitieuze klimaatdoelen voor de verre en niet zo verre toekomst, moet je je ook de vraag stellen wat je morgen niet meer moet doen. Dus wat Loorbach betreft geen nieuwe wegen aanleggen, geen fossiele brandstoffen meer subsidiëren en de MIRT-plannen tot 2032 niet zonder meer uitvoeren. In Het Grote Gevecht komt de moeilijkheid dit terug van de hieraan gelieerde Tragiek van de Horizon (Mark Carney, gouverneur Britse Centrale Bank) '...het probleem bevindt zich op een horizon die een stuk verder weg ligt dan de tijdspanne waarmee wij werken';
  • Experimenteren is tot een bezigheidstherapie verworden. Teveel van binnenuit en vrijblijvend en dat werkt eerder verwarrend en vertragend dan (transitie)versnellend; 
  • De grote steden bieden inspiratie. Rotterdam gaat voor een mobiliteitstransitie 2030 - 100% emissieloos en maximaal sociaal. dat wordt dan vertaald in leidende principes als ruim baan voor voetgangers, fietsers en OV.
Derk eindigt met de veel zo niet alles omvattende vraag: "Kan IenW het eigen regime loslaten?"

 

Small wins voor de inspectie en voor circulaire economie

Een andere mooie bijdrage aan de slotdag van de casuslabs Samenwerken aan transities kwam van Frank Peen (ILT). Omdat de collega's van ILT vanuit hun rol wat weinig aansluiting hadden bij de drie geselecteerde casuslabs, was voor de ILT een eigen sessie bedacht gericht op de small wins-aanpak van met Katrien Termeer (WUR). De aanleiding klinkt wellicht wat ongelukkig, maar het resultaat was gelukkig dik in orde. Startpunt is het gedachtegoed van Malcolm Sparrow. Sparrow is al sinds 2001 een gevierd spreker in Nederland wiens gedachtegoed door veel inspecties en inspectie-achtige organisaties gebruikt wordt (naast ILT bijvoorbeeld ook bij AFM, NVWA). Om als inspectie effectief en risico-gestuurd  te zijn en niet in de 'regel-is-regel'- fase terecht te komen is het zaak de linker cirkel naar rechts te bewegen en B zo groot mogelijk te maken (zie figuur). Het lastige voor een inspectie daarbij is, dat ze in een snel veranderende wereld van transities, het risico lopen vooral bezig te zijn met het naleven van wetgevingsbeleid van eergisteren (A). Beleid maakt ondertussen beleid met zachte instrumenten als green deals, akkoorden en pacts waarin de inspectie geen formele rol heeft. Met de small wins aanpak is daarom geprobeerd kleine afgebakende problemen diepgaand aan te pakken om zo B te vergroten. Frank en collega's kwamen uit op vier voorbeelden: (1) brandstofketen- als restproducten van raffinage naar de Afrikaanse markt gaan moeten we zie niet als afval  beschouwen maar als producten die voor wat betreft hun risico's met REACH beoordeeld moeten worden; (2) Waar gaan de kunststofstromen naar toe nu ze China niet meer binnen mogen?; (3) Afgedankte elektronica die naar Afrika gaat. Pakt dit op door producenten aan te spreken op MVO en op uitgebreide producentenverantwoordelijkheid; (4)  Greendeal Scheepsafval Noordzee. Bij dit laatste onderwerp en in den brede geldt dat het interessant is te verkennen of ILT een rol zou kunnen spelen in het toezicht op green deals, akkoorden en pacts. De uitdaging is dan natuurlijk de vrijblijvendheid tegen te gaan, zonder de wervende en inspirerende kracht van deze zachte instrumenten te niet te doen. Tot nu toe blijven de opgedane inzichten van de ILT wat liggen. Vanaf maandagmiddag gaat dat veranderen want dan zitten de ILT en CE-beleid de hele middag bij elkaar om over samenwerking van gedachten te wisselen. Een mooie zaak!






   

Duikend in het gat tussen attitude en gedrag

Vorige week kwam het gat tussen attitude en gedrag weer eens hard binnen bij het lezen van Het Grote Gevecht. Na eerst wat voorzichtig pootje baden ben ik deze week vol overgave in het gat tussen (duurzame)  attitude en (duurzaam) gedrag gedoken. Juist omdat het dichten van dit gat zo moeilijk is en het tegelijkertijd het dichten steeds noodzakelijker lijkt te worden, wordt er enorm veel over geschreven in de vakliteratuur. Veel studies gaan over de vraag hoe het gat te dichten, echter ook andere vragen en benaderingen komen aan bod. Zo zijn er onderzoekers die zich vooral op methodologische issues richten. Zo is het idee dat enquêtes om attitude in beeld te brengen aanzetten tot rationeel en sociaal gewenste antwoorden. Ook wordt met enquêtes vaak de duurzaamheidsattitude generiek in beeld gebracht, terwijl het daadwerkelijk aankoopgedrag veel meer specifiek wordt bestudeerd. Daarnaast is het ook zo dat gebrek aan geld, tijd en product-specifieke informatie over duurzaamheid vaak ontbreekt. De meest originele en aan het denken zettende bijdrage in dit veld komt van de onderzoekers Carrington en collega's. In hun artikel The ideology of the ethical consumption gap betogen zij dat het dominante discours dat uit gaat van een attitude -gedragsgat dat veroorzaakt wordt door soevereine consumenten onjuist is en tot de misvatting leidt dat ethische consumptiekeuzes het systeem gaan veranderen. In dit - volgens de auteurs - foutieve discours moet de illusie in stand gehouden worden dat het dichten van het gat tot echte verbetering leidt. Terwijl, zo stellen de auteurs, als het gat al gedicht gaat worden, er een nieuw gat zal ontstaan omdat overconsumptie (is het niet in de supermarkt, dan wel bij de juwelier, de autodealer of het reisbureau) en het creëren van een groeiende vraag een levensvoorwaarde is voor het kapitalisme. De consument van goede wil blijft onderwijl achter met een constant schuldgevoel omdat hij/zijn zich blijft afvragen of dit product echt duurzaam, of  hij/zij de werknemers in Vietnam niet steunen met mijn aankoop enz enz. Niet per se bemoedigend, maar het zet wel aan tot denken.     

zondag 9 februari 2020

Time management Hollandaise

Na jarenlang te zijn gebombardeerd met de goed bedoelde,  maar wel erg Amerikaanse en in mijn ogen niet altijd uitvoerbare adviezen van Dave Allen’ s Getting things done hebben we nu een populaire Nederlandse variant in de boekenwinkels: Rick Pastoor’s Grip - het geheim van slim werken. Zijn boek bestaat uit drie delen: deel 1 Grip op je week; deel 2 Grip op je jaar en deel 3 Grip op je leven (met nog bonushoofdstukken over aantekeningen maken, vakanties (!) en management).Als je jezelf toestaat wat chagrijnig naar het boek te kijken dan zou je met recht kunnen zeggen dat het boek voor 80% uit herkauwde managementboeken bestaat (oa Allen, Covey, Kahneman, Duhigg en Eyal). Maar als je dat zou doen, dan zou je zowel jezelf als Rick Pastoor te kort doen. Los van de hernieuwde kennismaking met de 80%, is zijn eigen 20% zeer zeker de moeite waard. Hollandse nuchterheid voegt echt wat toe. Verfrissend is dat hij mild is naar de lezer en naar zichzelf en dat veel dingen mogen mislukken. Hij moedigt je dan ook aan flink te experimenteren om uit te zoeken wat voor jou persoonlijk wel/niet werkt en dat is natuurlijk goed te keuren. Omdat hij ook zegt dat je niet teveel tegelijkertijd moet oppakken haal ik er even mijn persoonlijk top 10 uit (maar dan heb ik schandalig veel genegeerd, dus kijk vooral zelf even). Niet in volgorde van belangrijkheid, maar wel grofweg de indeling van het boek volgend kom ik uit op het volgende voornemens :
(1) Neem reis-, voorbereidingsgroep- en verwerkingstijd op in je agenda;
(2) Creëer focus door per week twee of drie prioriteiten vast te stellen;
(3) Noteer al je taken op jouw digitale takenlijst in de vorm van uitvoerbare acties (doe ik zelf al wel, maar kan nog beter en nooit meer acties in schriften en losse briefjes opschrijven);
(4) Doe een wekelijkse review (doe ik al wel vooruitkijkend maar Rick demonstreert ook duidelijke de voordelen van terugblikken. In lijn met actie (3) staan die nu op zondagmiddag in mijn agenda); (5) Max 7 kwartaaldoelen formuleren;
(6) Een jaarplan maken (maar dan wel maar 3 maanden vooruit);
(7) Digitale aantekeningen maken met herkenbare titels (dus gewoon Ipad onder de arm, ook als je net zo’n mooi NS-schrift heb gekregen);
(8) Vakanties bij voorkeur van woensdag tot woensdag plannen (Dan kom je er weer relaxed in);
(9) Meer bilats
(10) Geen e-mailmappen meer maken. Met docs doe ik dit al niet meer, maar voor email moet ik nog even over een drempeltje heen. Rick zegt ook: "Alleen in stenentijdperkprogramma’s  als HPRM wordt nog in mappen gewerkt, voor alle gebruiksvriendelijke programma’ s kan je gewoon op de zoekfunctie vertrouwen." Ik kan niet helemaal uitsluiten dat ik dat van HPRM zelf heb verzonnen.



Time management - de psychologische invalshoek

In zijn boek Indistractable- How to control your attention and choose your life kiest Nir Eyal voor een psychologische invalshoek van time management. Waar andere time managers in eerste instantie de pijlen richten op emails, kantoortuinen en de planneritus, begint Eyal’s model bij interne prikkels voor afleiding. (Zie bovenaan het tekeningetje) die vindt hij zeker zo belangrijk. En dat deel is dan ook gelijk het meest interessante van zijn boek, want op het gebied van leiding (als tegenstelling van af-leiding) en op het gebied van externe prikkels voegt hij weinig toe aan wat anderen schrijven.  Toch kom ik daar op het eind nog even op terug. Hoe zit dat dan met die afleiding door interne prikkels? Voor het begrijpen van interne afleiding gebruikt Eyal vooral heel veel studies over verslaving. De onderlinge oorzaak is een min of meer continue staat van onbehagen en rusteloosheid. Die soms wordt verdrongen door een tijdelijk gevoel van bevrediging (zeg maar la condition humaine). Die beperkte houdbaarheid van bevrediging wordt veroorzaakt door vier factoren: (1) verveling; (2) negativiteitsbias - negatieve dingen maken meer indruk en blijven langer hangen. Ook als je je bedenkt dat je een gelukkige jeugd hebt gehad, ben je juist in staat je negatieve dingen te herinneren; (3) dat herinneren ook in de vorm van herbeleven doen we juist graag met negatieve gebeurtenissen, en als bonus voor de echte pretletters (4) hedonistische adaptatie - ook als we de Staatsloterij winnen zakken we weer snel terug naar het basisniveau van geluk (ik voorspel dat ik een uitzondering ben, maar vertel het jullie graag als het zover is). Met een soort van Mindfulness-achtige aanpak waarbij je je niet verzet tegen de afleiding, maar hem juist bestudeerd zal het dan over moeten gaan. Niet helemaal mijn kopje thee. Maar nog wel een heel verrassend stukje over ego depletion of wilskracht. De man die mij acht jaar gelden naar de sportschool heeft verkregen, Roy Baumeister,  blijkt er naast te zitten met zijn wilskrachtbegrip als een uit te putten voorraad. Nieuw onderzoek laat namelijk zien dat dit op een nocebo berust. Alleen mensen die geloven dat er zo iets is als ego depletion lijden er aan. Ik had nog even beloofd terug te komen op de externe prikkels: Uit een metastudie uit 2016 waar in 300 artikelen zijn verwerkt blijkt maar weer eens dat hoewel kantoortuinen bedoeld zijn voor ideenuitwisseling en samenwerking, ze in het echt vooral tot afleiding leiden. En ten slotte achter in het boek en gratis te downloaden van indistractable.com een rood stoplicht voor op je beeldscherm, voor als je koptelefoon nog niet genoeg tot uitdrukking brengt dat je niet gestoord wil worden :-).



Pinguin Fred: Het grote gevecht - Jeroen Smit

Morgen op maandag 10 feb bespreken we in de IenW-boekenclub Pinguin Fred  Het Grote Gevecht & het eenzame gelijk van Paul Polman van Jeroen Smit. Jeroen Smit wilde graag eens een boek schrijven over een CEO die deugt en dat is hem zeer goed gelukt. Echt een pracht boek en sowieso een geweldige prestatie om van ruim 400 pagina’s bedrijfsgeschiedenis een spannend boek te maken. Heb het echt als een studieboek gelezen en ben nu bezig om een soort van analyse te maken rondom de driehoek burger/consument, bedrijven en overheid met in nabijheid daarvan NGO’s, financiële analisten, accountants en pensioenfondsen. Een eerste aanzet: De burger/consument als gespleten persoonlijkheid maakt dat er sprake is van het bekende gat tussen attitude (we denken duurzaam) en ons daadwerkelijk gedrag (we kopen niet duurzaam, en zeker niet als het meer kost). Er zijn wel aanwijzingen dat het gat kleiner wordt of dat de attitude zo sterk duurzaam is dat het gedrag wel moet volgen, maar heel zeker en heel sterk zijn de aanwijzingen niet. Blijft toch een beetje de Holy Grail in het BIT-werk. En het gaat hier niet alleen om koopgedrag. Zo heeft Unilever berekent dat 60% van de CO2-uitstoot van wasmiddelen wordt veroorzaakt doordat consumenten te warm wassen. Bedrijven en zeker multinationals kunnen een grote rol spelen bij verduurzaming. Unilever heeft die rol olv Polman ook overtuigend genomen. Zeer grote stappen zijn gezet voor bijvoorbeeld thee en palmolie. Makkelijk is het natuurlijk allemaal niet als je je bedenkt dat Unilever met 76000 leveranciers in 190 landen werkt en dat 80-90% van de emissies bij toeleveranciers en consumenten zitten. Overheden komen er in het boek  niet echt lekker vanaf.  Zeker sinds de BREXIT en het ontstaan van het Amerikaanse isolationisme is de neiging om samen te werken, te verbinden en te mondialiseren tanende. Regeringen moeten herkozen worden door steeds meer zwevende kiezers dus zal het aldus Polman steeds meer op bedrijven aankomen waar 80% van de wereldeconomie gegenereerd wordt. Laten we hopen dat de EU Green Deal voor een gamechanger gaat zorgen.  NGO’s komen er goed vanaf als strenge toezichthouders en aanjagers van het bedrijfsleven. Analisten en accountants zijn de conservatieve krachten die met hun cijferfetisjisme  maar blijven sturen op korte termijn gewin, respectievelijk die onwillig en onkundig zijn om niet-financiele indicatoren te ontwikkelen.