zondag 28 juli 2024

Duurzaam gedrag als vijfde stap

Op de sowieso al indrukwekkende podcast Ecosofie twee mooie - maar wel wat lange - afleveringen beluisterd met als gast vitaliteitsdeskundige Chi Chiu (hoor link en link). Chi en zijn team duiken in vakliteratuur uit verschillende vakgebieden en gaan daarbij opzoek naar praktische toepassingen. Die zijn verzameld in een white paper over de samenwerkende mens (zie link) maar komen ook in de podcasts uitgebreid aan de orde. De bestanddelen van het in het whitepaper gepresenteerde model voor het goede samenwerkende leven zijn herleidbaar op vakliteratuur gebaseerd. De bijsluiter is wel dat de wijze van hoe die bestanddelen aan elkaar geplakt zijn om tot een overkoepelend model te komen, niet of in ieder geval  niet navolgbaar wetenschappelijk onderbouwd is. Dat neemt niet weg dat  het op zijn minst een interessante denkexercitie is om te bedenken dat eerst aan vier voorgaande voorwaarden moet worden voldaan (prioriteer moreel leiderschap, stop met het frustreren van basis- en morele behoeften, stimuleer samenwerking, ontwikkel vaardigheden voor behoeftenbevrediging) voordat mensen massaal duurzame keuzes gaan  maken. Dit zou kunnen betekenen dat je de eerste vier voorwaarden moet borgen om met  (gedrags)interventies succesvol social tipping points voor duurzaam gedrag te bereiken. Chi heeft daarbijook veel aandacht voor morele verontwaardiging en ongezonde comepensatie en rancune als de basis- en morele behoeften van mensen gefrustreerd worden. Verder ook aandacht voor de waardentheorie van Schwartz en dat deed me weer denken aan een mooie sessie van TNO tijdens de Dag van het Gedrag over het schrijven narratieven passend bij verschillende Schwartz-waarden (zie link).    



     


Klimaatadaptatie: Rotterdams weerwoord is het summum van indrukwekkende plannenmakerij

Laatst had ik een mooie Beleidskompas-sessie over het vergroenen van tuinen én een voorbespreking voor net zo'n sessie over de nieuwe Nationale Adaptatiestrategie (NAS) in wording. In aanloop naar de vorige NAS heb ik toendertijd ook het één en ander begeleid en was benieuwd hoe het er nu een kleine 10 jaar later zoal voorstaat in den lande. Via een podcast kwam ik op het spoor van  Rotterdams weerwoord met daar op onder het kopje 'inspirerend leesvoer' het strategiedocument Programmakader 2030 (zie link). Nu ja om het maar gelijk te verklappen (voor zover de blogtitel dat al niet deed) .... dat is echt een heel indrukwekkend stuk. Super inspirerend ook. De zeven ambities uit het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie (DPRA) volgend, baseren ze zich in Rotterdam op een gedetailleerde klimaatstresstest die op wijkniveau tot een enorme hoeveelheid  'geen woorden maar daden' kaarten heeft geleid. Ze gaan daarin wat mij betreft een stuk verder dan de andere grote steden waar het kaartmateriaal weliswaar gedetailleerd is maar nu op kaartniveau nog minder zichtbaar gelinked is aan actie. Even een incomplete opsomming van wat kaarten: begaanbaarheid wegen/fietspaden/wandelpaden bij extreme neerslag, kansen aanpak wateroverlast in openbaar gebied en zo ook voor privaat terrein (met kansen voor groenblauwe daken en kansen voor ontharding tuinen), de (on)mogelijkheid van verticale evacuatie bij een overstroming, kansen voor natuurlijk (nacht)ventilatie in panden, kansenkaart koele plekken, potentie sponswerking bodem (waar is infiltratie wel mogelijk en waar niet), watervraag van groen bij droogte enz enz. Top dit af met een toolkit bestaande uit 170 fysieke en 90 niet-fysieke maatregelen, vijf uitvoeringssporen en aandacht voor koppelkansen en je hebt het gewoon heel goed gedaan. En dan vergeet ik bijna nog de kracht van het type taalgebruik inhet programmakader waardoor je er ook echt zin in krijgt.      




"Foresightend" op weg naar een betere Europese (mobiliteits) toekomst

In tijden van een 'triple planetary crisis' van klimaatverandering, biodiversiteitsverlies en vervuiling valt het niet mee om blijmoedig naar de toekomst te kijken. Zeker niet als deze drie milieucrises dan ook nog worden aangevuld met die van oorlog, pandemieën en sociaal ongenoegen. Toch doet het Europees Milieu Agentschap een indrukwekkende poging (zie link) . Ze proberen daar verankeringsstrategieën te bedenken om korte termijn acties (zeg maar de zittingsperiode van de nieuwe EU-cie) telkens weer narratief te verbinden met de lange termijn duurzaamheidsdoelen. Waarbij ze dan ook consequent de link zoeken met concurentievermogen, veiligheid en rechtvaardigheid. EEA onderstreept dat dit zeker in een vluchtige politieke omgeving van het grootse belang is om te voorkomen dat de lange termijn doelen van tafel vallen. Terwijl de EEA dit op meer generieke wijze doet, stort Zweden zich foresightend op de toekomst van mobiliteit. En dat doen ze geweldig. Het innovatieprogramma ShiftSweden (zie link, dank Henny)  heeft een call uit voor onderzoeksvoorstellen voor foresight-onderzoek naar 'aantrekkelijke en competitieve alternatieve oplossingen voor privé-autovervoer dat mensen aanmoedigt te reflecteren op hun bestaande gedrag en nieuwe gedragingen aan te leren'. Dat smaakt naar meer. Zouden we hier niet op moeten willen twinnen opdat we actief mee kunnen leren van de Zweden (..en zij van ons)? Lijkt me een mooi stukje TNO vraaggestuurd programma.






 

zondag 14 juli 2024

De Leesjutter 4: Struikelen over participatie

Ga h'm maandag netjes terugleggen, maar zag bij het secretariaat van de collega's van Participatie een stapeltje exemplaren van het boekje uit de blogtitel liggen met als ondertitel Tien 'kritieke momenten' voor betere burgerparticpatie in lokale besluitvorming van UvA docent Nanke Verloo. Toch maar ééntje meegejut en ik ben blij toe want het boekje is kort, bondig en inzichtrijk. Eerder schreef ik over zaken die mis gaan met burgerparticpatie (bp) (zie link) ook als het geheel best goed aangepakt lijkt (zie link). De kritieke momenten uit de titel zijn die stappen in de voorbereiding, uitvoering en nazorg van bp die bij een suboptimale aanpak de neiging hebben de situatie uit de hand te laten escaleren. Ik zal een paar van de stappen noemen, maar het mooiste inzicht vind ik misschien nog wel dat je volgens Nanke een ander idee moet hebben over wat bp vermag. Als je denkt dat bp een wezenlijke bijdrage kan leveren aan het herstellen van vertrouwen in de politiek...vergeet het maar. Daarvoor doet een te kleine en specifieke groep mee. Om die zelfde reden wordt besluitvorming ook niet democratischer van. Met bp weerstand wegnemen lukt ook niet, sterker nog die neemt eerder toe. Tja waarom zou je er sowieso nog aan beginnen vraag je je af. Nu volgens Nanke zit de meerwaarde in 'de ervaringen en ideeën van burgers als een belangrijke bron van kennis inzetten om plannen of beleid te verbeteren'. En dat doe je dan met een inclusief proces zonder - en dat lijkt me heerlijk nuchter- je druk te maken over het democratische of representatieve karakter van het geheel. Tenslotte zoals beloofd nog wat er voor mij uitspringende kritische momenten: (1) in mijn eigen woorden:  wees helder over wat poltiek is en verschuil je als bestuurder niet achter een (technocratische ) ambtenaar. Voorbeeld van hoe dit zou moeten uit het boekje: de wethouder die tijdens een bp-bijeenkomst zegt "Wij hebben politiek besloten dat woningbouw voor sociale huur onze prioiriteit is en daarom gaat dit bp-proces niet over de vraag of er woningen komen en ook niet over het aantal woningen, het gaat slechts over de inrichting van de publieke ruimte" (hier kan je ook een formulering bij bedenken die van toepassing is op een AZC, met ipv 'inrichting publieke ruimte' als thema 'het borgen van uw veiligheid(sgevoel) als buurtbewoner'); (2) voorkom dat goedbedoelde creatieve werkvormen achter een tekentafel of met piepschuime blokken het inhoudelijk gesprek belemmeren; (3)  zorg dat de informatievoorziening (voor- en achteraf) en de terugkoppeling goed geregeld is. Vaak krijgen bewoners pas op de participatie-avond zelf pas de benodigde info en terugkoppeling van wat er met burgerinput is gebeurd laat vaak te wensen over, gekgenoeg ook als er echt wat met de input gedaan is! Verder ben ik van mening dat het ook een goed idee is om nog even de prachtige geciteerde zinnen in mijn blog terug te lezen over de beste en enige roman die ik ken over bp (zie link)


       

Australisch stemmen met de Franse slag

Zo, dat was vorige week een verrassende uitkomst met de Franse verkiezingen. Door het in overleg en gericht terugtrekken van kandidaten in kiesdistricten slaagden links en gematigd rechts er gezamenlijk in de voorspelde klinkende overwinning van extreemrechts te verijdelen. Ik begrijp wel dat dit een als spelbederf werd gezien door extreemrechts, want je bent toch je eigen verkiezingssysteem wat aan het bespelen op deze manier.  Anders beschouwd slaagden de Fransen erin zo wel weer knap in het Australische verkiezingssysteem na te bootsen. In Australie werken ze namelijk met  preferential voting. Op het stembiljet in Australie moeten stemmers niet alleen aangeven wie hun eerste keus is maar ook, de tweede, derde, vierde enz keus. Nou even goed opletten hoe dit werkt.....I write this only once.....Als uit de eerst telronde geen van de kandidaten in een kiesdistrict de absolute meerderheid  heeft, wordt de kandidaat met de minste stemmen geschrapt. Van de mensen die op die kandidaat gestemd hebben wordt de tweede keus gebruikt. Als er dan nog geen absolute winnaar is, wordt de kandidaat met de een na minste stemmen geschrapt. Van mensen die op de deze kandidaat gestemd hebben wordt weer de tweede keus gebruikt (tenzij die valt op de kandidaat die eerder al was afgevallen dan wordt de derde keus gebruikt). Enzovoort, enzovoort tot er een kandidaat is met een absolute meerderheid. Niet voor niets dus dat in Australie wel even duurt voor de uitslag bekend is. Wat natuurlijk heel aardig is, is dat je voor je eerste keus niet strategisch hoeft te stemmen. Maar wat vooral een goed selling point is, is dat dit systeem maakt dat niet de meest populaire, maar de minst gehate kandidaat wint. En daar beste mensen, hebben gepolariseerde stemmers in het huidig tijdsgewricht best behoefte aan zo laten de Fransen maar weer zien. 



zondag 7 juli 2024

Mailen helpt

We worden allemaal wel eens gek van alle commerciele mails die we krijgen, maar soms helpt zo'n mail nog ook. Althans dat is wat BIT-stagiair Femke heeft aangetoond voor slimme herinneringsmails aan mensen die zich wél geregistreerd hebben bij een deelauto-provider, maar na twee tot zes maanden nog steeds geen deelauto hebben geboekt. Vier keer meer mensen dan mensen die geen herinneringsmail hadden ontvangen gingen alsnog voor de eerste keer een deelauto boeken. Knappe uitkomst en sowieso ook een knappe onderzoeksopzet met eerst literatuuronderzoek, daarna interviews, vervolgens vragenlijstonderzoek en ten slotte de met gedragsinzichten volgestopte mail-interventie zelf. Vooral de statische power in deze studie was indrukwekkend, want je kan je voorstellen dat je héél veel proefpersonen nodig hebt wetende dat veel mensen de mail niet openen (ongeveer de helft) en dat maar een klein deel van de mensen alsnog in beweging komt (zo'n 5%). Een mooie studie die op een kosten-batenanalyse de goede kant de bocht uitvliegt. Onze samenwerkingspartners bij de Gemeente Den Haag en de deelauto-provider waren dan in hun nopjes met de resultaten. 




Follow-up Economiekamer: slim (over)compenseren óók voor de burger is zo gek nog niet

Moest dit weekend bij het lezen van een interview met Sandra Phlippen (zie link) in de Volkskrant ontzettend terug denken aan die onlangs o zo geslaagde andere EK die van de Economiekamer (zie link). Sowieso goed om de herinnering en de doorwerking van de Economiekamer levend te houden. Maar goed terug naar dat interview; Sandra Phlippen stelt dat niets doen aan klimaatverandering de wereldeconomie op termijn minimaal 20 procent doet krimpen, terwijl de transitiekosten naar een klimaatneutrale samenleving maar 2 procent van de wereldeconomie bedragen. Vanuit brede welvaart - nu en later - stelt zij zich zo voor dat die generatie van later geen moment zou twijfelen. Maar politiek uitermate lastig omdat de transitiepijn bij de gewone Nederlander van nu terecht komt, die zich zo gestraft voelt voor het blijven doen wat die al deed. Net als een aantal deelnemers van de Ecomiekamer zoekt Sandra Phlippen het in slimme combinaties van beprijzen en stimuleren. In de Economiekamer ging het daarbij over slim overcompenseren van bedrijven en dat dat niet efficient is, maar wel effectief. Bij Sandra gaat het om een CO2 heffing voor bedrijven waarvan je de opbrengsten samen met door de overheid geleend geld gebruikt om de burger te compenseren. En mijn toevoeging daarbij is dat je dan flink wat mensen overcompenseert maar dat dat dan zo maar is en in ieder geval de perceptie van rechtvaardigheid ten goed komt. Lijkt me een goede gedachte om haar te vragen voor de volgende Economiekamer en als zij haar partner dan ook meeneemt is ook de gedragseconomie (zie link) meteen goed vertegenwoordigd.