zondag 18 augustus 2024

Twee keer brede welvaart (2): RLI adviseert wat goed beschouwd al verplicht is....maar niet gebeurt

RLI schrijft wederom het één en ander aan gemengde wijsheid op in het nieuwe rapport Waardevol Regeren. Met daarin ook terecht aandacht voor het belang van scherp onderscheid tussen weten en willen: "Er wordt vaak onvoldoende scherp onderscheid gemaakt tussen enerzijds de rol van wetenschap en ambtenarij, die moet zorgen voor de best mogelijke informatie en dilemma's moet blootleggen die met besluiten samenhangen, en anderzijds de politiek, die uiteindelijk keuzes moet maken en verantwoording moet afleggen". De eerste aanbeveling in het rapport gaat over betere instrumenten voor het vergaren en onsluiten van beleidsinformatie. Het Beleidskompas en de Gevolgenscan - die samen al een mooie invulling geven aan brede welvaart - worden wel genoemd in deel 2 van het rapport,  maar er staat niet aangegeven wat er dan anders moet aan het Beleidskompas. Het probleem met het Beleidskompas is niet het instrument denk ik dan, maar dat het niet of niet voldoende gebruikt wordt. Uit de één na laatste zin uit deel 1 van het rapport (uit zijn context trekkend) lijkt de RLI dit overigens heel goed gbegrpen te hebben: "De benodigde veranderingen zijn immers niet alleen methodologisch van aard, maar vragen zoals gezegd ook om een cultuurverandering."




Twee keer brede welvaart (1) Botsing tussen rechtmatige en integrale financiëlestromen zit volwassenheid in de weg

Tegelijkertijd met het RLI rapport verscheen het in opdracht van IenW en Next Generation Infrastructures geschreven rapport Brede Welvaart in het infrastructuur domein. Dat duikt de praktijk in en is ook heerlijk openhartig geschreven. Ik deel graag weer wat citaten.   

"Sturen op brede welvaart vereist een fundamentele verschuiving van de manier waarop organisaties denken en handelen, met een focus op integrale afwegingen en langetermijneffecten." Dit citaat sluit ook prachtig aan bij de bestaansreden van mijn eigen directe ASA, maar dat terzijde.

"Stel dat uitvoerders, bestuurders en politici een volledig beeld van welvaartseffecten hebben en daardoor betekenisvolle afwegingen kunnen maken. Zullen zij dan sturen op brede welvaart en ervaart de maatschappij deze welvaart? Zal een advies waarin duidelijk is onderbouwd wat de impact is op verschillende kapitalen over een periode van vijftig jaar tot andere keuzes leiden?" Deze vraag lijkt me zeer relevant en zie je maar zelden gesteld worden. 

"En hoewel sommige missies, zoals ‘werkt aan een mooier Nederland’ (Infrastructuur en Waterstaat) ruimte bieden voor sturen op brede welvaart, wordt in de praktijk de eigen rol vaak smaller omschreven, zoals ‘bereikbaarheid creëren’" De auteurs ontzien de opdrachtgever niet. 

"De sterk gevoelde noodzaak tot doelmatige overheidsuitgaven en verantwoording kan paradoxaal juist leiden tot inefficiënte of ineffectieve oplossingen, waarbij een integrale aanpak bewust wordt vermeden omdat dit als een te bureaucratisch obstakel wordt beschouwd."en "Doelmatigheid staat soms op gespannen voet met het streven naar een zo groot mogelijke impact op de brede welvaart." Hier werd in tijden van de Energieke Samenleving  ook al tegen aan gelopen en ook een NSOB rapport hier over biedt niet echt soelaas (zie link). Blijft problematisch dus.   

"Opvallend is wat er gebeurt op het gebied van leiderschap: management en directieleden stellen zich bij de overheid vaak passief en afhankelijk van de politiek op. Zo wordt er in dagelijkse praktijk een andere koers gevaren dan op basis van de visie of missie wordt gesuggereerd." Tja dit raakt natuurlijk ook aan het politieke primaat.  Het is daarbij aan de balancerende ambtenaar enerzijds aan loyale tegenspraak te doen,  klare taal te schrijven en openheid te betrachten in beslisnota's en weg te blijven van zelfcensuur, maar anderzijds niet op de stoel van de politiek te gaan zitten en te vervallen in activsme.     

Hoe dan ook...nog wat stapjes te maken op weg naar volwassenheid in toepassing van brede welvaart.





zondag 4 augustus 2024

Klimaatambivalentie n=1

Via een stuk in de Volkskrant bij een mooi artikel van Nederlandse collega's in het Journal of Environmental Psychology over klimaatambivalentie terecht gekomen (zie link). Bij klimaatambivalentie gaat het erom dat je tegelijkertijd zowel positieve als negatieve oordelen/gevoelens hebt bij een bepaald klimaatvriendelijk gedrag. Onder andere Hedonistische motieven en 'moreel het goede doen'-motieven gaan dan als het ware de strijd met elkaar aan. Als je je dan ook nog echt bewust bent van die innerlijke strijd wordt het nog ongemakkelijk ook. Om het ongemak wat te verlichten heb je dan  de neiging cognitief nog wat verder in de materie te verdiepen, of je gaat kijken wat anderen doen of je probeert je heil in zelfrechtvaardigende morele uitvluchten te zoeken (zie de klimaatdraken voor een aantrekkelijke selectie van uitvluchten link). Een interessante bevinding uit het artikel is dat het lijkt alsof klimaatambivalentie makkelijker bestaande klimaatonvriendelijke handelingen kan doen helpen stoppen, dan nieuwe klimaatvriendelijke handelingen kan doen helpen starten. Toen deze 'n = 1' dat zat te lezen dacht die meteen: "Dat herken ik!". Zo lukt het me beter het vakantievliegtuig te laten staan op de lange afstand, dan de vakantietrein te nemen op de korte afstand. Mijn bewuste strijd bevindt zicht daarbij op de slagveld van de vliegafstand. Cognitief in de materie verdiepend zit ik dan een tabel te maken van de vliegafstanden van verschillende bestemmingen om met een goede keuze dit jaar toch weer wat beter te scoren in de Milieucentraal CO2-calculator. Kijken wat anderen  in mijn sociale omgeving  doen helpt daarentegen niet echt (veel, ver, business class). Gelukkig brengen zelfrechtvaardigende morele uitvluchten nog wat soelaas (zie link). 





Gelezen: Zuivere en onafhankelijke wetenschap?

Ben aan het lezen in Mistakes were made (but not by me) van Carol Tavris en Elliot Aronson. Daar in een prachtig hoofdstuk over verschillende type blinde vlekken. Toen ik vroeger nog bij waterkwaliteit werkte aan de toelating van bestrijdingsmiddelen had ik mooie discussies met Wageningse wetenschappers die door de industrie gesponsorde onderzoeken deden. Zij claimde begrijpelijkerwijs en overtuigend dat ze zuiver wetenschappelijk deden. Ik twijfelde niet aan hun integriteit, maar gaf wel aan dat de focus van hun onderzoek zo was gekozen dat de uitkomsten van het onderzoek 'op hun best' de toelatingseisen konden versoepelen of 'op hun slechtst' onveranderd zouden laten (en nooit tot een aanscherping zouden kunnen leiden). Maar goed je kan natuurlijk ook een diepte analyse op de data doen. Tavris en Aronson hebben daartoe meta-studies op rijtje gezet:

  • Van 161 gepubliceerde farmaceutische studies werd in 14% van de door de industrie gesponsorde studies negatieve bijwerkingen gevonden. Voor de onafhankelijke studies was dit 60%;
  • In meer dan 100 studies naar de mogelijke betere werking van een nieuw medicijn tov een bestaand medicijn. In die gevallen waarbij het bestaande medicijn het minstens even goed deed werd 13% door de industrie betaald, 87% door non-profit organisaties;
  • Tegenwoordig moet bij een artikel vermeld worden wanneer er mogelijk sprake is van  mogelijke belangenverstrengeling. Twee Deense onderzoekers konden 159 studies met en zonder mogelijke belangenverstrengeling vergelijken. In die met mogelijk ebelangenverstrengeling werden significant meer nieuwe medicijnen als beter dan de oude gerapporteerd.    
Tavris en Aronson verklaren dit niet door vals spel. Hun verklaring: er zit altijd veel bandbreedte in het ontwerp en in de interpretatie van onderzoek en - pikanter - zoals een plant zich onbewust naar de zon richt, richt een onderzoeker zich onbewust op de belangen van de sponsor.