zondag 25 april 2021

Hybridologie - acceptatieverhogende activiteiten voor het hybride vergaderen

Inmiddels hebben we ook bij IenW het idee van post-pandemisch hybride werken omarmd. Over het precieze hoe lopen de meningen natuurlijk nog wel wat uiteen. Bij de eigen directie Kennis, Innovatie en Strategie hebben we ondertussen een reeks onzekerheidsbeperkende en daarmee weerstandbeperkende besluiten genomen die al vast vooruit lopen op de terugkeer naar kantoor. Iedereen heeft al nagedacht over de gewenste verdeling tussen op kantoor werken en thuiswerken en daar soms ook al een "contactueel" vastgelegde implementatie-intentie aan verbonden. Ook hebben we besloten één keer maand een soort van heilige gezamenlijk kantoordag in te plannen en één keer maand een gezamenlijke creatieve werkruimte te boeken. En natuurlijk blijven we toegang houden tot niet-vliegende  internationale topsprekers en een megalomane hoeveelheid weggegooide lunches en gedumpte sloten koffie besparen door 60-70% van de lezingen online te organiseren  So far so good. 

Wat IenW breed nog een punt van discussie is de wenselijkheid en de mogelijkheid om het kantoor- en thuisleven werkbaar te maken met behulp van hybride vergaderingen waarin een deel van de deelnemers op kantoor zit en een deel thuis (of elders). Sommige externe organisaties hebben besloten het hybride vergaderen in de ban te doen en óf online óf fysiek te vergaderen. Andere organisaties en wetenschappers erkennen de extra uitdaging maar gooien de handdoek niet in de ring.    

In het schema hieronder heb ik het nog eens geduid dat in een precorona overvol kantoor online vergaderen vanaf de werkplek geen optie is en het afzweren van hybride vergaderen de facto betekent dat je je collega's dwingt naar dat volle kantoor te komen. Het is daarbij eenvoudig voor te stellen dat online vergaderen vanaf de kantoorwerkplek bij het gebruik van een koptelefoon zeg maar even irritant is als telefoneren tussen je collega's (je zegt wat minder dan bij een telefoongesprek, maar het duurt flink langer) en zonder koptelefoon in strijd is met de Geneefse Conventie. 

Op zoek naar een acceptatieverhogende hybride hybride vorm kom je uit op de vorm waar Eneco nu organisatiebreed voor kiest: kantoorvergaderaars samen in één vergaderkamer met iedereen achter haar/zijn eigen laptop. Maar één collega heeft de laptop verbonden met de audioverbinding (liefst via een aan te schaffen draadloze speaker in het midden van de vergaderkamer) en de rest zet de verbinding uit tegen het rondgalmen. Je moet de kantoordeelnemers nog even aanleren elkaar niet de hele tijd over de laptop heen aan te kijken, maar voor de rest zijn er legio voordelen. Zo wees collega Danielle me erop dat iedereen dan vrolijk mee kan chatten (dat lukt niet als je alleen vanaf het grote scherm mee doet). Ook niet onbelangrijk is dat alle vergaderzalen - dus niet alleen die met een apart videosysteem - nu geschikt zijn voor hybride vergaderen. En - dat zullen de projectteamleden hybride werken fijn vinden - je werkplek wordt laptopvrij achter gelaten en komt daarmee (andere achtergebleven zooi daar gelaten) beschikbaar voor andere werpleknomaden. In de wetenschap dat ik gelukkig ook mijn ipad nog heb, stel ik voor het zo maar te doen.  Ja toch? 


     

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten