Vorige week hadden we al weer de derde Prinsjesdag als Rijnstraatbewoners. Uit de overlevering heb ik meegekregen dat de Koning bij de opening van het gebouw een gebouwklager ad rem solidariteit betuigde door te verwijzen naar de Gouden Koets: "Van buiten ziet hij er goed uit, maar van binnen zit het van geen meter". Ik hoop dat dit echt gezegd is :-). Ondertussen went het werken op de Rijnstraat eigenlijk nog steeds niet echt. Volgens Theo Compernolle is dit ook niet verwonderlijk. In zijn gratis te downloaden boek How to design brain-friendly flexible offices. Based on science, not on opinions legt hij het nog eens uit. Mensen - door de Verelendung van de kantooromgeving (geluidsoverlast, te weinig werkplekken en klimaatbeheersing) - gedwongen veelvuldig buiten kantoor te laten werken gaat in tegen de sociale menselijke aard. Wat Compernolle betreft kan een organisatie alleen succesvol zijn, als die allereerst succesvol is als sociale organisatie. Productief kenniswerk in een kantooromgeving is alleen mogelijk als er sprake is van aucoustic privacy. Geluidsoverlast, met een speciale vermelding voor de overlast van telefoongesprekken staat nummer één op negatieve impact op productiviteit, voldoening, motivatie en emotionele uitputting. Hij maakt het in de oplossingssfeer praktisch door onderscheid te maken in 'ik', 'wij' en 'zij' - oplossingen. En gelukkig is er ook zonder grootschalige ingrepen veel te bereiken. Op het 'ik'-niveau: Gaat het om: (1) thuis werken (Check! maar wel met mate (zie boven)); (2) koptelefoons (Check! Hoe groter hoe beter. Deze stralen namelijk ook uit: "Ik wil niet gestoord worden"; (3) Niet storen bordjes! (Nog geen check! Maar ik denk er wel over). Op het wij-niveau gaat het er vooral om op werkafspraken maken over het gebruik van ruimtes. Je moet ruimtes voor focus en ruimtes voor contact strikt van elkaar scheiden: (1) stiltezones afspreken waar niet gebeld of anderszins gesproken mag worden (de collega's van DGMI hebben er al één ingesteld)!!; (2) niet storen tijdblokken afspreken. Op het 'wij' niveau gaat het ook om ingrepen die wat geld kosten of waarover gestreden moet worden met de falende maar desalniettemin almachtige architect. Denk aan geluidsisolerende telefooncellen; zo'n €5000 per stuk (zie link) . Ik denk bij tot zo'n 30 exemplaren per verdieping aan een terugverdientijd van twee ã drie weken. Natuurlijk zijn mensen verschillend en de meer introverte-werker zal eerder verstoord zijn dan de meer extraverte medewerker. Compernolle roept zijn lezers op de eerste categorie niet als zeurende zwakkelingen af te schilderen, maar als Early Warning Signals. Voor de jonge Generatie Y reuringzoeker heeft Compernolle nog wel een weetje: "Je kunt denken dat een geanimeerde open office setting jouw intellectuele productiviteit en creativiteit niet hindert, onderzoek toont aan dat je daarin niet gelijk hebt.". Ter verluchtigen nog even twee plaatjes uit het boek van Compernelle, waarbij het tweede plaatje niet als vloerplan maar als inrichtingsfilosofie beschouwd moet worden.
Hoi Gert-Jan,
BeantwoordenVerwijderenZou het kunnen dat de ideale werkplek afhankelijk is van de aard van het werk of zelfs de persoon? Voor jullie denkwerk kan ik me voorstellen dat rumoer vervelend is. Ook bij de directie Communicatie hoor ik klachten mbt concentratie, maar tegelijk ook dat het de samenwerking enorm verbeterd heeft. Van mij mag een werkplek bruisen van de mensen en ideeën, dan gaat de creativiteit en adrenaline stromen. Een stille woensdag vind ik bijvoorbeeld dodelijk saai.
In hoeverre is het een verhaal over de Rijnstraat dat we zelf door herhaling in stand houden? Ik had zoveel horrorverhalen gehoord toen ik hier kwam werken, dat het me enorm meevalt. :-)
Dat van te weinig werkplekken is wel een echte zorg en geen aardig signaal richting medewerkers.
Hoop dat je niet teveel last van ons hebt, groet Friso