zondag 12 november 2017

Kennis: Promovendi staan nog niet echt te trappelen om bij de overheid te werken

In Binnenlands Bestuur (10 nov) staat dat de overheid zich vaker op banenmarkten moet tonen om als aantrekkelijke werkgever te worden gezien. Laat ik nu net een dag eerder op een mooi georganiseerde bijeenkomst van TRAIL Research School for Transport, Infrastructure and Logistics gesproken hebben over werken voor de overheid. Ondanks een blijmoedig verhaal mijnerzijds, was het met de animo om voor de overheid te werken niet best gesteld. Verreweg de meeste promovendi willen óf door in academia of naar het bedrijfsleven. Werken voor de overheid komt niet zozeer als optie naar boven. Wat natuurlijk ook niet echt hielp was dat ik ter prikkeling twee drempels op wierp: (1) een promovendus zou een basismotivatie voor de publieke zaak moeten laten zien door in de general discussion van haar/zijn proefschrift een paar pagina’s aan de beleidsimplicatie van de in het proefschrift beschreven resultaten te wijden: (2) Nederlands spreken en schrijven. Aan die eerste drempel heb ik al eens een blog gewijd en de tweede is ook al geen sinecure. Van de 33 promovendi met een abstract in het programmaboekje zijn er op de namen afgaand 13 Nederlands en 20 buitenlands. Een vederlichte ‘statistische’ analyse laat verder zien dat 100% van de promovendi die aan de zelfsturende auto werken buitenlands zijn (n=4) en daarentegen 100% van de promovendi die aan de (oer Hollandse) fiets werken Nederlands zijn (n=4). Jan Staman merkte tijdens een IenM jaarlezing kennis op dat voor de overheden de samenwerking met universiteiten vooral van belang is voor het opleiden van nieuwe overheidscollega’s. Dat geeft te denken.   
   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten