zondag 19 juli 2020

Kleding & duurzaamheid - Slecht nieuws maar ook hoopvolle berichten

Met een bureau zijn we vanuit BIT met de collega's van circulaire economie bezig met een gedragsaanpak kleding en dat blijkt een flinke opgave. Met de komst van fast fashion is kleding bij zo ongeveer een wegwerpartikel geworden. Er wordt 5 keer zoveel kleding verkocht als in 1980 (anno nu 68 kledingstukken per jaar) en een kledingstuk wordt gemiddeld 7 keer gedragen voor het wordt weggegooid, als het sowieso al niet bij de 20% van de onverkochte kleding hoorde. Verder zijn de productieketens dermate complex en onnavolgbaar dat er over het geheel genomen vrijwel geen transparantie is mbt arbeidscondities en milieuvervuiling. Tot overmaat van ramp geldt ook hier dat duurzaam denken voor consumenten niet als van zelf  tot duurzaam doen leidt. Lector Irene Maldini telde kleding in honderden kledingkasten  (inclusief bijkopen en afdanken) en vond dat de meeste kleding (tot wel 600 stuks) wordt aangetroffen bij vrouwen die houden van duurzame mode. Mannen op het platteland die niet van winkelen houden bleven steken op 70 kledingstukken. Maar gelukkig ook heel veel hoopgevends. Het boek  Fashionopolis van Dana Thomas staat er vol mee. Ze heeft vele duurzame pioniers geïnterviewd en heeft daarbij een onbedwingbare behoefte te beschrijven wat iedereen aan heeft :-). Haar boek laat vooral zien dat duurzame - of in ieder geval veel duurzamere - mode kan bestaan en dat er vol op bedrijven zijn die hier een levensvatbaar verdienmodel bij ontwikkeld hebben. Een onvolledige opsomming: verhuurbedrijven, good shoring (= gehele productieketen terug naar eigen land halen moderniseren, condities verbeteren en transparantie bieden), telen van indigo, recycling van stoffen (vb katoen en polyester), nieuwe stoffen (vb zijde uit gist), organisch katoen, certificering en rapportage (Environmental Profit en Loss Report) enz enz. Deze voorhoede laat vooral zien dat het mogelijk is en dat met een zich in de tijd ontwikkelende mengvorm van koplopers, consumentengedrag & activisme, milieubeweging en liefst Europese regelgeving verduurzaming zomaar flink zou kunnen versnellen. Voor nu….koop niets of  linnen. maar  geen kasjmier. Linnen groeit op slechte grond, doet het op regenwater en vrijwel zonder bestrijdingsmiddelen. Kasjmier wordt van Mongoolse geiten afgeborsteld en sinds ze in Mongolië weten dat je hier flink aan kan verdienen, vreet een steeds groter aantal geiten het grasland tot woestijn. De milieu-impact is zo'n 100 keer groter dan die van wol.   


                   

Bus als goedkope en flexibele redder in nood

Het toeval wil dat ik vorige week én een mooie podcast hoorde over de bus en dat er vervolgens ook nog eens een KiM-raport uitkwam over de potentie van de bus. Om met dat laatste te beginnen. Een hoog frequente en snelle busverbinding kan een alternatief zijn voor nieuw aan te leggen treinverbinding, lightrail of metroverbindingen. Al eerder schreef ik dat he taan de waardering voor zo'n bus niet hoeft te liggen. Heeft vast een minder geoliede lobby dan gerailde modaliteiten maar juist daarom misschien ok goed om standaard als alternatief in MKBA's mee te laten lopen. In Zuid-Amerikaanse steden ziet het er in ieder geval vaak prachtig uit en getuigd het ook van een nuchtere low-tech slimheid. In de podcast ging het over het boek Better buses,better cities van Steven Higashide. Eén van zijn punt is dat in de Verenigde Staten de bus een verschijningsvorm van transportapartheid is. Herkenning: Van mijn overwintering in Buffalo, NY (1993/1994) kan ik me nog goed herinneren vaak de enige verkleumde bleekscheet in de bus te zijn. Wat Steven betreft moet dit anders. Net als elders moeten trein en bus veel meer geïntegreerd worden in een goed werkend OV-systeem. De frequentie moet omhoog, bussen moeten voorrangsruimte krijgen en betaling via app of kaart moet veel meer mogelijk gemaakt worden. Nu kan je vaak alleen contant betalen. De beleidsreactie op corona gaat de toekomst van OV sterk bepalen, temeer omdat een terugkeer naar de auto op de loer ligt. Higashide geeft overigens aan dat er geen voorbeelden zijn van coronabesmetting in het OV. Uit Frans en Japans onderzoek zou blijken dat maskerplicht en goed schoonmaken bescherming biedt. Dat zou mooi zijn omdat afstand houden in het OV een dure grap is en de vervoerscapaciteit decimeert.